Jaaroverzicht 2022

De naweeën van een pandemie, een sadistische aanval op Europa, dikke inflatie en torenhoge energieprijzen, woedende boeren, een overspannen samenleving, de terugkeer van religieus fanatisme, seksisme, racisme en fascisme wereldwijd, verschralende natuur, milieurampen. En altijd aanwezig op de achtergrond: de allesoverheersende klimaatdreiging… Nee, je kunt niet zeggen dat 2022 een vrolijk jaar was. Dat horen we terug in de muziek.

Kijk maar naar de albums in deze 22 van 22. Hoe indrukwekkend ook, het is geen vrolijke bende. Hooguit dansen op de vulkaan soms. We horen anxiety en depressie (Black Country New Road, Burial), oorlog en onderdrukking (Diamanda Galás, Tanya Tagaq), kolonialisme en racisme (Animistic Beliefs, billy woods), teloorgang van de natuur (Jacaszek & Kleefstra) en een hoop seksisme (Sudan Archives, Adigéry & Pupul). Gelukkig weten ze dit om te zetten in troostrijke en inspirerende práchtplaten. Dat zijn grote woorden hè? Maar gloedvol. En dat is precies wat we nodig hebben in deze duistere tijden. Net als muziek die ertoe dóet. Dat zijn deze platen stuk voor stuk.

Hier zijn mijn 22 van 22. Lees de recensies in de links:

  1. Black Country, New Road – Ants From Up Here
  2. Sudan Archives – Natural Brown Prom Queen
  3. Diamanda Galás – Broken Gargoyles
  4. Burial – Antidawn EP
  5. Tanya Tagaq – Tongues
  6. Kelly Lee Owens – LP.8
  7. Debit – The Long Count
  8. Florence + The Machine – Dance Fever
  9. billy woods – Aethiopes
  10. The Smile – A Light For Attracting Attention
  11. Jacaszek, Jan Kleefstra, Romke Kleefstra – It Deel I
  12. Charlotte Adigéry, Bolis Pupul – Topical Dancer
  13. Hinako Omori – a journey…
  14. Jasmyn – In The Wild
  15. Ian William Craig – Music For Magnesium_173
  16. Björk – Fossora
  17. Lucretia Dalt – ¡Ay!
  18. Coby Sey – Conduit
  19. Animistic Beliefs – MERDEKA
  20. Hendrik Lasure – Het Wiel
  21. Mabe Fratti – Se Ve Desde Aquí
  22. Prins S. en de Geit – Rood Staan Hard Gaan

Luister de hele 22 van 22 op Spotify:


Het was dit jaar weer niet makkelijk om tot een eindlijst te komen. Heel veel moois heb ik moeten laten liggen. Onder het kopje ‘bubbling under’ vallen dit jaar grote namen als Kendrick Lamar, Taylor Swift en Rosalía. De poëzie van Kae Tempest (The Line Is A Curve) en Kimbrae met Clare Archibald (Birl Of Unmap) haalden het net niet, evenals de verfrissende eclectische pop van Jockstrap (I Love You Jennifer B). Gabriels waren een revelatie live, en op de plaat eigenlijk ook, maar er moet nog meer komen om écht te overtuigen. Dat gebeurt volgend jaar als ook Angels & Queens Part II verschijnt. Verder mogen de prachtige experimentele ambient-albums van Llyn Y Cwn (Du Y Moroedd) en ’t Geruis (Slow Dance On Moss Beds) niet onvermeld blijven. En natuurlijk gothic queen Zola Jesus met Arkhon!

Song van het jaar

Kutwereld! Maar écht. Als ik dan moet zeggen welk nummer de titel ‘song van het jaar’ moet krijgen, dan eindigen er twee Nederlandstalige protestliederen ex aequo. Het eerste is een aanklacht tegen het volkomen misplaatste wereldkampioenschap mannenvoetbal in Qatar: De Dood Van Een Arbeidsimmigrant van Hang Youth (die maakten vorig jaar ook al de song van het jaar).


Het tweede is als liedje misschien nog wel beter. Het is de reactie van WIES op de minzame houding tegenover de cultuursector in Nederland, die nog het best werd verwoord door de sneer van Rutte bij de zoveelste coronamaatregelen: “Dit is ook een ongelooflijk grote teleurstelling voor de sectoren die nog niet open gaan. De culturele sector. Maar je kunt dus wel gewoon oefenen met je bandje.” (Lul.)


Clip van het jaar

Ook daar word je niet vrolijk van. De clip van het jaar is geen clip, maar een verrassingsoptreden in het Franse acht-uur-journaal. (Weliswaar geënsceneerd, maar het shockeffect was er niet minder om.) Tijdens het interview, begin dit jaar op TF1, barst Stromae uit in het zingen van L’Enfer (de hel), een kippenveltrekkend nummer over depressie, burn-out en zelfmoorgedachten. Indrukwekkend.


Re-releases en live-albums

Voor wie deze donkere tijden wil ontvluchten met muziek van vroeger, viel er ontzettend veel te snoepen! Wat een mooie re-releases verschenen er. Wat betreft heruitgaven was het een beetje een Coil-jaar, met drie titels: 1. Constant Shallowness Leads To Evil (Coil), 2. Musick To Play In The Dark 2 (Coil – allebei uit het jaar 2000), maar vooral 3. Form Grows Rampant uit 2007 van Treshold Houseboys Choir (het soloproject van Peter ‘Sleazy’ Christopherson). Punkers en postpunkers roerden zich: de Clash kwam met een heruitgave van Combat Rock uit 1982 en na jarenlang wachten was er opeens weer If I Die, I Die (ook uit 1982) van de Virgin Prunes! The Divine Punishment uit 1986 van Diamanda Galás (zij staat met haar nieuwe plaat op 3 in mijn eindlijst) kreeg een heruitgave. Daar krijg je nog steeds koude rillingen van. Net als van de kunstzinnige verzamelaar Sleepwalkers (2010) van David Sylvian die dit jaar weer op vinyl verscheen. Too-Rye-Ay van Dexy’s Midnight Runners werd ook 40 jaar oud en dat was voor grote baas Kevin Rowland reden om Too-Rye-Ay (As It Should Have Sounded) uit te brengen. En dan waren er nog twee toppers van live-albums. Op het album Live At The El Mocambo 1977 kunnen we nog eens horen hoe goed de Rolling Stones waren voordat ze de stadions ingingen. Een staaltje jeugdsentiment is Prince & The Revolution – Live (Syracuse 1985). Ik herinner me nog hoe ik als jochie tot diep in de nacht opbleef om het concert, dat via satelliet werd doorgestraald naar Duitsland, op Rockpalast te bekijken – en op te nemen op cassettebandjes. Die bandjes zijn allang vergaan, maar nog steeds ken ik elke noot van die band en elk gilletje van de paarse geilneef uit mijn hoofd!


De doden

De muziekwereld kreeg veel gevoelige verliezen te verwerken dit jaar. Het dieptepunt lag eind april toen in vier dagen tijd achtereenvolgens Jan Rot (22 april), Arno Hintjens (23 april) en Henny Vrienten (25 april) overleden. Vooral Arno was een jeugdheld. En meteen daarna viel nog zo’n icoon: de Duitse synthesizergigant Klaus Schulze (26 april). Wat hebben we stonede avondjes doorgebracht op de prachtklanken van die man! De ‘grondlegger’ van het postpunk-gitaargeluid was Keith Levene. Nadat hij betrokken was bij de oprichting van de Clash, ging hij gitaar spelen in PiL (bij dat andere punk- icoon: Johnny Rotten alias John Lydon). Levene overleed op 11 november. Nog treuriger vond ik de te vroege dood van Terry Hall op 18 december, de altijd wat chagrijnig ogende songsmid en zanger van de Specials en Fun Boy Three. Ghosttown. Man At C&A. Too Much Too Young. Stereotype. Hoeveel rake nummers heeft hij niet op zijn naam staan?

En dan: in de hemel moet een Twin Peaks-reünie hebben plaatsgevonden. In 2022 overleden eerst zangeres Julee Cruise (9 juli) en daarna componist Angelo Badalementi (11 december). Met z’n tweeën waren ze onder andere verantwoordelijk voor de hemels klinkende begintune van David Lynch’ bizarre tv-serie uit de jaren negentig.   


Muziekblogs

Het meest relevante en boeiende muziekblog was dit jaar Ukrainian Field Notes, onderdeel van Acloserlisten.com. In 18 lange stukken komen tientallen muzikanten (veelal elektronisch, ambient, techno, experimenteel) aan het woord over hun inspiraties, de manier waarop ze muziek maken en vooral over wat de oorlog met ze doet. Zo ontdek je niet alleen heel veel goede muziek, maar krijg je en passant ook een inkijk in het leven van jonge Oekraïners. En kom je tot het besef dat hun leven precies hetzelfde is als het onze. Dan kan je maar één politieke conclusie trekken: Oekraïners zijn Europeanen en geen Russen.

Tot slot nog even iets lichters: het leukste muziekblog uit Nederland is Ondergewaardeerde Liedjes. (De naam dekt de lading volledig, daar hoef ik niks over te zeggen.) Dus van de zomer ben ik begonnen daarvoor te schrijven. Hou dit blog in de gaten, ook in 2023!

Gelukkig nieuwjaar, dat 2023 maar wat vrolijker moge worden.

Lucretia Dalt – ¡Ay!

Wat nou als Thomas Jerome Newton – de door David Bowie gespeelde alien in The Man Who Fell To Earth – niet was terecht gekomen in een Noord-Amerikaans woestijnstadje, maar in de Zuid-Amerikaanse tropen? En niet in de jaren zeventig, maar ergens in het verleden en de toekomst tegelijk? Wat nou als het niet een reptiel was in een mannenlichaam (FvD-ers, lezen jullie alsjeblieft even niet mee), maar een soort gestold bewustzijn zonder organen in een vrouwelijke entiteit met de naam Preta? Dan zou je zo’n beetje de thematiek van Latijnse sci-fi opera ¡Ay! van Lucretia Dalt te pakken hebben.

Tongen met een rots
De Colombiaanse muzikante, die nu in Berlijn woont, bedacht het verhaal na discussies met filosoof Miguel Prado. Ze spraken over eeuwigheid en over het bewustzijn, de grenzen van onze kennis en de locatie daarvan in ons lichaam. Preta leert het concept tijd en plaats ontdekken door middel van verschillende zintuigen. In een video zie je Lucretia Dalt – alias Preta – aan een rots likken, want via haar tong ervaart zij geografie. Het idee leidde tot bizarre teksten als: “No obedezco a tu verdad lineal / Romperé tu narrativa / Y alteraré tu paisaje aplanado” (“Ik gehoorzaam niet aan jouw lineaire waarheid / Ik verstoor jouw narratief / En verander jouw afgeplatte landschap”).

Surrealistisch sensueel
Duizelt het al een beetje? Dan heb je de muziek nog niet gehoord. Het kan nog steeds een stukje gekker. Als contrast voor het futuristische verhaal, besloot Lucretia Dalt terug te keren naar de muziek die ze in haar jeugdjaren in Pereira – een stad hoog in de Colombiaanse bergen – hoorde. En dat waren bolero’s, mambo’s, merengue, salsa en son. Dat is wel even wat anders dan de avant-garde elektronica die we van haar gewend waren, en die associaties opriep met het werk van Eliane Radigue, Delia Derbyshire en zelfs onze eigen Dick Raaijmakers. Nee, Lucretia Dalt wilde voor Preta dat de sci-fi zowel surrealistisch als sensueel zou klinken – en hopeloos romantisch. Ze riep de hulp in van een vriend: Alex Lázaro. Die stelde een apart ‘drumstel’ samen van houtblokken, conga’s, bongo’s en timbalen. Een aantal zeer getalenteerde muzikanten stonden hen bij: Nick Dunston en Isabel Röβler op contrabas, Edith Steyer op fluit en klarinet en Angelina Allemano op trompet. En daaroverheen legde Lucretia Dalt weer vervreemdende synthesizerlagen en tapegeluiden. Het resultaat houdt het midden tussen de tin pan alley chaos van Tom Waits, de geheimzinnige soundtracks bij David Lynch-films door Angelo Badalementi, de swing van het Zuid-Amerikaanse album Rei Momo van David Byrne en het jaren tachtig-exotisme van Thomas Dolby (Mulu The Rainforest) en Yello (You Gotta Say Yes To Another Excess).

Loepzuiver larger-than-life
De plaat is loepzuiver en larger-than-life geproduceerd. Het is hele mooie, über-toegankelijke muziek. Soms abstract, soms donker en filmisch. ¡Ay! klinkt soms zelfs een beetje lullig: als een soap-soundtrack. Het is allemaal onderdeel van dat vreemde sci-fi verhaal, zullen we maar zeggen. Voor het eerst sinds een jaar of tien zingt Lucretia Dalt op ¡Ay! weer in het Spaans en haar stem is prachtig. Ze kan zwierig en vol klinken als een gerijpte salsazangeres, hoog en zuiver als een jonge hinde (denk Mabe Fratti), maar ze kan ook met een rokerige stem een stukje musichall parlando brengen dat zo uit een jaren veertig spionagefilm lijkt weggeplukt.

¡Ay! is gewoon een adembenemend origineel album.

Alle beste albums van 2022: