A Lily – Saru I-Qamar

Deze prachtplaat is opgetrokken uit dromen en spoken. Over dromerige Aphex Twin-achtige ambient klanken hoor je stemmen uit een ver verleden. De spoken zingen over heimwee en verdriet.

A Lily is een wonderbaarlijk project van de in Malta geboren en getogen James Vella. Hij is labelbaas van het bijzondere Phantom Limb, maar ook schrijver en zanger/gitarist bij de postrock-band Yndi Halda uit Canterbury. Al decennialang brengt hij af en toe elektronisch werk van A Lily uit en dit jaar voor het eerst op zijn eigen label (ik kom hier nog op terug).

Ghana

Saru I-Qamar is opgebouwd rondom stemmen van Maltese emigranten uit de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw. Rond die tijd kon je gerust spreken van een diaspora. Uit economische redenen, maar soms ook politieke (toen Malta nog een Engelse kolonie was onder het regime van premier Dominic Mintoff), vetrokken vele Maltezen naar bijvoorbeeld Engeland, Amerika, Australië of Nieuw-Zeeland. Ze stuurden geen brieven, maar cassette-post naar het thuisfront om te vertellen hoe het was in de ‘nieuwe wereld’. (Een generatie later werden dat VHS-banden.) Op de cassettes namen ze zogenaamde ‘ghana’ op. Dat zijn traditionele Maltese liederen op welke melodieën ze teksten over het dagelijks wel en wee improviseerden. Liederen van heimwee en van hoop, vol verdriet en verlangen – en in het Maltees natuurlijk, een voor ons onbegrijpelijke taal die nu bijna nergens meer wordt gesproken. Het is muziek waarin de Arabische wortels van Malta doorklinken.

Dialoog

De organisatie Magna Żmien verzamelde die cassettes en digitaliseerde een groot aantal, om zo de Maltese cultuur te archiveren. James Vella benaderde Magna Żmien in 2022. Hij mocht met de tapes aan de slag. Eerst wilde hij hedendaagse zangers en zangeressen de liederen opnieuw laten opnemen – omdat de geluidskwaliteit van de oorspronkelijke banden te wensen overliet – en dat laten begeleiden door traditionele instrumenten uit Malta. Gelukkig schoot hij dat idee snel af! Hij besloot de stemmen uit het verleden zoveel mogelijk onbewerkt te gebruiken, ze hooguit alleen wat op te poetsen – onder andere met autotune – of wat te vertragen of versnellen. Dan pasten ze soms beter bij de geheimzinnige elektronische klanktapijten die hij erbij produceerde. Het resultaat is heel bijzonder. Het heden gaat een dialoog aan met het verleden van Malta. In die zin past deze release helemaal binnen de recente focus van het label Phantom Limb: een mix van traditioneel en experimenteel elektronisch.

Spookstemmen

Een van de spookstemmen – die meermalen terugkomt – is van een vrouw waarvan we alleen de voornaam weten: Żeżina. Zij zingt bijvoorbeeld op de opener Żeżina Ddoqq is-Shab (“Żeżina treedt op voor de wolken”). Wat er precies gebeurt is, weten we niet. Ze verzucht: “Mindu rabbejtli l-mustaċċi kemm sirtli mqareb. U naqbadhomlok, naqtagħhomlok, u nbigħhomlok.” (“Sinds je een snor hebt, ben je stout. Dus ik pak ‘m, knip ‘m af en verkoop ‘m.”) Maar een van de meest bijzondere opnames van Żeżina klinkt op Sirna I-Qamar. De vrouw weet niet dat ze nog wordt opgenomen en begint spontaan (onbespied) te neuriën en te giechelen. Heel mooi en melancholisch: dit woordloos gezang is misschien wel het meest veelzeggend op deze plaat. Een van de geheimzinnigste tracks is Nitolbu Lil Dawk Li Lejlu (“Wij bidden voor hen die door de nacht gaan”), omdat de stemmen hier helemaal vervagen in de elektronische bedding. Meerdere generaties ontmoeten elkaar in de laatste minuten van het album. Issa, Kuljum, Għal Dejjem Żgħażagħ (“Nu, elke dag, voor eeuwig jong”) eindigt met opnamen van een feest waarop een oude dronken man een vrolijk lied zingt op een feest vol jongeren. Het is een beetje symbolisch voor deze plaat: toen en nu ontmoeten elkaar.

Heimweeberichten

De prachtige beelden bij de tracks op Saru i-Qamar zijn gemaakt door videokunstenaar Nicholas Bonello. Hij gebruikte de familie van Vella (ook op de albumhoes), die uitvloog over de wereld. Deze plaat is een persoonlijk verhaal, maar daarom zo universeel. Via de ‘heimweeberichten’ – die schijnbaar uit de ether van een andere dimensie worden geplukt – komen de vertrokkenen weer tot leven. Of de doden. Ze zijn aanwezig, maar blijven onbereikbaar. De titel van het album spreekt boekdelen, want “saru I-Qamar” betekent letterlijk “zij werden de maan”.

Alle beste albums van 2024:

cupcakKe – Dauntless Manifesto

Geil, goor en grappig: explicit lyrics to the max! Die kunnen alleen maar komen van de vrouw die zich niet Bukkake, maar cupcaKKe noemt. Ze excelleert op Dauntless Manifesto. En om dan in stijl te blijven: ik ga hier zo lekker op!

“Pee down my throat!
N***a, give me that gold!
Then have your cum follow the Yellow Brick Road.
I’m the Wizard of Cocks all across the globe.
I’m a wash that dick if your cum got loads.”

Dat soort teksten. En dan begeleidt door gorgelgeluiden…

cupcaKKe is de 27-jarige Elizabeth Eden Harris uit Chicago, Illinois. De femi-rapper annex comédienne – want zo mag je haar wel noemen – bracht al tracks uit op haar twaalfde, maar brak definitief door toen in 2015 video’s bij nummers als Vagina en Deepthroat viral gingen. Met het debuutalbum Cum Cake (2016) en opvolger Queen Elizabitch (2017) werd de toon gezet: cupcaKKe’s vunzigheid bereikte absurdistische proporties – ze werd wereldberoemd met de uitroep “smack my ass like a drum” – maar tussen alle lol kraakte ze soms hele serieuze noten. Zo werd Picking Cotton een keiharde aanklacht tegen racisme en politiegeweld. Ace Hardware en Birth Mark gingen over armoede en het verlies van een ongeboren baby. En met het nummer LGBT steunde ze de queer community in de VS.

Gaandeweg haar carrière kampte cupcaKKe met depressies en gokverslaving, en begin 2019 leek ze er helemaal de brui aan te geven. Gelukkig kwam er een doorstart (ik kom hier nog op terug). Ze startte als kind al met een achterstand. De jonge Elizabeth werd opgevoed door haar moeder in armoe en tussen haar vierde en haar zevende verbleef ze in jeugdopvang. Bovendien werd ze in elkaar geslagen en verkracht door haar vader, een pastor nota bene. In januari 2019 kondigde ze op Twitter aan dat ze zelfmoord ging plegen. Ze kon het gevecht met het leven niet meer aan. Gelukkig kwam het niet zo ver. Ze liet zich opnemen in het ziekenhuis. Het herstel duurde bijna een jaar, maar aan het einde van 2019 kreeg de doorstart vorm in twee singles: Grilling N****s en Lawd Jesus. Het tekent de dualiteit in cupcaKKe. Er volgden nog meer tracks en op 28 juni 2024 verscheen haar eerste album in zes jaar.

“That dick so hard, it’s like an activist, it’s woke as fuck”
“This pussy don’t gangbang, but it accidently turned that Crip to a Blood”
“You better lift your ass like they cancelled your Uber truck”
“Twinkle, twinkle, little star / He gon’ make this pussy fart”
“One hole, two holes, three holes, go / Pussy, ass, mouth, it can get one more”

En op de wijs van Tom’s Diner jengelt ze: “Call me Whore-a the Explorer / I’m looking for the n****s who could afford her”.

Ik lach me rot. Dauntless Manifesto staat vol met dit soort gore onliners. Er is ook absurde humor. In het nummer Dementia vraagt een vrouw zich af waarom haar vriend haar nooit meer belt. Het antwoord? “Dementiaaaaaaa!” In DUI vertelt cupcaKKe dat ze wordt staande gehouden voor rijden onder invloed. Maar ze heeft niet gedronken. Het is zaad. “I look drunk because he came in my eye.” De muziek is soms net zo ranzig. Zo zijn er regelmatig samples van slurpgeluiden. Gekreun klinkt alom.

Het is allemaal fijn ondeugend, maar wat vooral bijblijft is hoe scherp cupcaKKe’s flows zijn. De ervaren rapper geeft iedereen het nakijken. Ze zit vol creatieve invallen en die komen er uit met een gemak waarvan je versteld staat. Het plezier spat ervan af en dat is goed om te horen. Na jaren ‘stilte’ is cupcaKKe nog steeds de baas. Dat weet ze zelf ook: “I’ve been gone for years, and still nobody fucking with me”, rapt ze in Grilling N****s II, de opener van het album. Ze levert haar beste album ooit af, omdat ze ook muzikaal een stappen verder. Dat hoor je meteen in de openingstrack. Wat een energie! Dat is nog pure hiphop. Daarna maakt ze uitstapjes naar bijvoorbeeld latin pop in Water Balloon, met nota bene een akoestische gitaar. Er is harde hyperpop op de banger Aura, zwaar beïnvloed door haar vriendin Charli xcx. Op Connect 4 domineren synths en 808’s. DUI is dan weer een opwindend stukje Braziliaanse Baile-funk inclusief zware bas.

Natuurlijk is Dauntless Manifesto niet alleen maar een lachwekkende sekstrip. Al op de vierde track worden we in het diepe gegooid in het anti-suïcide anthem Rock Paper Scissors. Het tempo daalt en de dramatiek stijgt. Het is extra intens als je haar geschiedenis kent. Gelukkig is het goed gekomen met cupcaKKe. Cruella is haar meest politiek bewuste nummer ooit. Hier zet ze haar getormenteerde geest om in een krachtig Black Pride-manifest. Mooi!

Alle beste albums van 2024:

Kee Avil – Spine

Nee, geen speakers. Zet je koptelefoon op! Spine is voor fijnproevers van sound design en subtiele stemkunst. De tweede boreling van Kee Avil is een verontrustend mooi album geworden. En intiem: het is alsof ze haar dagboekaantekeningen in je oor fluistert (ik kom hier nog op terug).

Kee Avil is de alias van de vanuit Montréal opererende zangeres, multi-instrumentalist en producer/soundwizard Vicky Metter. Over haar debuutalbum Crease (2022) deed ze drie jaar, maar Spine maakte ze in een paar maanden tijd. Dat eerste album was ambitieus, moest allesomvattend worden en dat was ook best wel gelukt. Maar Spine is veel meer to-the-point en daardoor sterker. De kracht zit in de beperking. Kee Avil en producer Zack Scholes legden zichzelf heel stoïcijns op dat elke track – naast vocalen – uit niet meer dan vier elementen mocht bestaan: gitaar, elektronica en twee andere instrumenten.

Vooral die elektronica is spectaculair. Het geluid wordt de ene keer opgetrokken uit clicks en glitches en dan weer lijken er insecten over een contactmicrofoon te tokkelen. Af en toe barst er een orkaan aan white noise los, die zich dan weer laat temmen in een of ander industrieel ritme. Er zijn onderwatergeluiden, grommende monsters, stofzuigers, ratelende kettingen en tikkende klokken. Ze vormen vaak subtiele percussie. Daaroverheen hoor je dan gitaardrones en feedback, een double bass of een triphop-drum. En dan maakt ze ook nog gebruik van eigengemaakte field recordings. Alles klinkt loepzuiver. Het lijkt of Kee Avil en Zack Scholes prima weten waar Abraham de mosterd haalt: bij de soundwizards van Coil! Maar we horen ook Art Of Noise en hyperpop-producer SOPHIE als invloeden. Toe maar. Voor minder doen ze ’t niet. De sfeer op Spine is zo mysterieus en sprookjesachtig als op de beste platen van Coil, maar je kunt ook denken aan het album Tilt van Scott Walker. Of Deceit, want zelf noemt Kee Avil de band This Heat als inspiratiebron. Het prachtige artwork van Jacqueline Beaumont en fotografe Fatine-Violette Sabiri sluit trouwens helemaal aan op die enge en beetje zieke sfeer op het album.

Als we toch aan namedropping doen: Haar stem houdt dan weer het midden tussen Jenny Hval, Regina Spektor en Billie Eilish, met trekjes van Björk. Ook dat is niet mis, al klinkt ze soms een beetje gereserveerd. Slimme geluidskunstenaars als Kee Avil en Zack Scholes zijn, hebben ze de stem helemaal voorin de mix gezet. Zo lijkt het alsof ze ín je oor staat te fluisterzingen – en soms hoor je niets meer dan het verplaatsen van lucht door haar larynx. Pfff. Het maakt de plaat heel intiem, wat een apart contrast vormt met die wat afstandelijke manier van zingen. Of nodigt ze ons juist uit om dichterbij te komen en nog nauwer te luisteren? Dat doen we graag. Dan zetten we onze koptelefoons weer op en draaien we dit mysterieuze werkje gewoon nog een keer.

Alle beste albums van 2024:

Roos Rebergen & SunSunSun Orchestra – Roos Rebergen & SunSunSun Orchestra

Wie is er nou nooit verliefd geworden op Roos Rebergen? Ik werd dat kort voor zij en haar band Roosbeef hun tweede plaat Ze Willen Wel Je Hond Aaien Maar Niet Met Je Praten uitbrachten in 2008. Vanwege haar knalrood geverfde haar en haar karakteristieke stem, maar vooral vanwege de volstrekt originele en authentieke teksten. Die hebben een fijne naïviteit, maar zijn tegelijkertijd diep filosofisch. Roos weet te raken. De teksten zitten vol onverwachte wendingen. Ze zijn krachtig, kwetsbaar en knettergek.

De Belgische muzikant Tom Pintens was toen al lang verliefd geworden (net als ik: niet romantisch maar muzikaal). Hij zag Roosbeef in Zwolle, toen hij daar speelde met Zita Swoon. Hij vroeg of ze nog een producer zochten. Ja dus. Na die debuutplaat bleef de Vlaamse multi-instrumentalist, componist en arrangeur een kernlid van Roosbeef – naast zijn werk in Zita Swoon, Tamino en Het Zesde Metaal.

Mentor

Ook bleef Tom Pintens mentor van Roos Rebergen. Als ze een liedje had, ging ze eerst naar hem. Dan hielp hij haar verder. Het was ook door Tom Pintens dat ze van Utrecht verkaste naar Antwerpen. Hun symbiotische relatie kwam vorig jaar veel te vroeg ten einde. In augustus 2023 overleed de muzikant aan darmkanker. Hij werd maar 48 jaar. Roos was radeloos, want er stond een tour met Roosbeef in de planning maar het voelde verkeerd om een vervanger voor Pintens te zoeken. Ze herinnerde zich hoe ze aan zijn ziekbed zat. Ze vond het een beetje ongepast dat ze over haar toekomst zat te tobben, terwijl Tom zo ziek was. Maar hij vond dat niet zo gek. “Zet je niet vast”, was zijn advies. “Ga met veel mensen samenwerken. Ga doen wat je leuk vindt.”

Zonnetjes

Nieuwe wegen inslaan werd onvermijdelijk. Zo kwam ze uit bij Tim Vandenbergh, orkestleider van SunSunSun Orchestra. Ze had in 2013 en 2019 al eens met het orkest gewerkt. Yumika Lecluyze en Jeroen Baert op viool, Karel Coninx op altviool, Seraphine Stragier op cello en Tim Vandenbergh op contrabas vormen een spectaculaire club. Internationale grootheden als John Cale en Einstürzende Neubauten deden projecten met SunSunSun Orchestra. Ook Zita Swoon, Tamino en Het Zesde Metaal hebben met de zonnetjes opgenomen. Daarnaast deden ze sessiewerk op platen van Clouseau, Stef Bos, Triggerfinger en Ozark Henry. Maar het liefst spelen ze experimenteel en avantgarde, van Arvo Pärt tot John Zorn, van Dimitri Sjostakovitsj tot Kraftwerk.

Betoverend

Roos Rebergen en Tim Vandenbergh namen het oeuvre van Roosbeef door om te kijken welke liedjes zouden werken met strijkers. Ze kwamen in ieder geval op de negen nummers die nu op het album staan. Vandenbergh schreef er alternatieve arrangementen voor. Daar ging SunSunSun mee aan de slag. Ze riepen de hulp in van Antoon Offeciers voor Fender Rhodes piano en andere elektronica.

Het resultaat is betoverend! Die unieke stem van Roos Rebergen is een gouden combinatie met de strijkers van SunSunSun Orchestra, en die uitgeklede arrangementen doen weer terugdenken aan die allereerste albums van Roosbeef – maar dan volwassen. De plaat is expressief, warm, sfeerrijk en soms emotioneel.

Moederschap

Roos’ gekke gelaagde poëzie komt hier meer dan ooit tot zijn recht. Weer valt op hoe briljant de teksten zijn. (Ik heb de neiging om deze recensie vol te pennen met citaten, maar ik hou me in.) Er zijn een paar fijne lyrische extraatjes op het album terechtgekomen. Het nummer Amerika wordt aangevuld met een stuk spoken word: Bang Zullen Ze Leven. En het nummer Dichtbij krijgt een poëtisch intro – met als subtitel Ik Zal Het Houden – waarin Roos Rebergen tot haar ongeboren kindje spreekt. Moederschap of de relatie moeder-kind staat centraal in het dubbelnummer en het besef dat ze haar kinderen ooit los zal moeten laten (ik kom hier nog op terug). Dat staat wel in contrast met de herbewerking van Rattenkop, geschreven voor de samenwerking met André Manuel: Tjing Ting uit 2016. Dat nummer gaat over haar eerste grote verliefdheid. En dan eindigt het album met We Hebben Alles, waarin Rebergen ingehouden begint maar uiteindelijk heel intens klinkt. Kippenvel. Van de laatste Roosbeef-cd is het nummer Vergeten Groente, dat ook weer gaat over moederschap: “Vergeten groente / droge kleren / Wanneer gaat je mama het leren? / Verloren brood en flauwe grappen / Wanneer gaat je mama het snappen?” 

Oneerbiedig gezegd: de switch van Tom naar Tim heeft goed uitgepakt. Maar het is gek dat mentor Tom Pintens niet meer meekrijgt wat Roos Rebergen met hun gezamenlijke erfenis heeft gedaan… Ik denk dat hij het prachtig zou vinden. Hij leeft door in deze prachtige liedjes.

Alle beste albums van 2024:

Tyler, The Creator – CHROMAKOPIA

“You are the light.
It’s not on you, it’s in you. 
Don’t you ever in your motherfucking life
dim your light for nobody!”

CHROMAKOPIA – de zevende plaat van Tyler, The Creator – begint en eindigt met woorden van zijn moeder Bonita Smith. En in de 53 minuten die daartussen zitten, geeft ze haar zoon levenslessen en adviezen. Die hij dan blindelings overneemt. Zoals bij die eerste. Maar we hadden ook nooit verwacht dat Tyler Okonma ook maar een moment zou dimmen. Hij was de puberale loudmouth die in 2007 – toen 16 jaar oud – debuteerde met hiphopcollectief Odd Future. Tyler was zo grofgebekt dat hem in 2015 de toegang tot het Verenigd Koninkrijk voor een jaar werd ontzegd. Maar rond die tijd werd de controversiële rapper ook volwassen. Naast al dat gevuilbek sloeg hij aan het croonen over de liefde én aan het filosoferen. Het leidde tot meesterwerken als Igor (2019) en Call Me If You Get Lost (2021). In die lijn ligt ook CHROMAKOPIA, alleen is die nóg ietsje beter.  

Dus we weten wat we van Tyler, The Creator kunnen verwachten: hiphop die zowel tekstueel als muzikaal alle kanten op schiet, moodswings tot kunstvorm verheven. Er zit geen lijn in, maar wél een verhaal – nee, dríe verhalen (ik kom hier nog op terug). Er klinkt agressieve undergroundrap op CHROMAKOPIA, maar ook bubblegum. We moeten – uiteraard – denken aan het oudere werk van Pharell Williams (de tongklik van Snoop Dogg’s Drop It Like It’s Hot wordt gesampled in Darling I) en Neptunes, maar ook aan Outkast. En er zijn verwijzingen naar Kendrick Lamar. (Ook tekstueel: Tyler noemt zichzelf ‘de op-een-na beste rapper ooit’… op Kendrick na dus.) Er is tongue-in-cheek jazz, pure r&b en neo-soul te horen, maar ook samples van de Black Sabbath-achtige riffs op Nizakupanga Ngozi van de legendarische Zamrock-formatie Ngozi Family. Alsof dat nog niet genoeg is, kent CHROMAKOPIA een gastenlijst waar je U tegen zegt. Schoolboy Q, Santigold, Childish Gambino, Lil Wayne, Teezo Touchdown, Sexyy Red, GloRilla, WILLOW en Daniel Ceasar doen mee. Maar de meeste indruk maakt Doechii op het fantastische nummer Balloon.

Die drie verhalen dan… De thema’s op CHROMAKOPIA zijn 1. volwassen worden tot aan een quarterlifecrisis (dat is een vervroegde midlifecrisis), 2. maskers dragen (of niet) en 3. de keerzijde van roem die zelfs kan leiden tot depressie. Net als op de eerdere meesterwerken kiest Tyler een personage om de verhalen te vertellen. Op Igor was dat Igor (duh), op Call Me If You Get Lost was dat de geperverteerde levensgenieter Tyler Baudelaire en nu draait het allemaal om Saint Chroma: een man met een masker een afro-kapsel als twee duivelshoorns. De protagonist wordt geïntroduceerd in de indrukwekkende opener van het album, waarin Tyler – over gospeluithalen en pulserende synths – aan het fluisterrappen slaat: “Listen close, I have something important to tell you”. Dan duiken we direct in Tylers’ psyche. In het bizarre nummer Noid komen zijn diepste angsten aan het licht. Het meest dramatisch is het nummer Like Him over zijn vader die hem in de steek liet. Tyler heeft hem altijd verkettert. Of ligt het verhaal toch anders? Na de break klinken weer woorden van moeder Bonita – misschien wel het pijnlijkste moment op het album. Zij vertelt dat zij het was die de vader afstootte en dat ze daar nu spijt van heeft.

Het is tekenend voor Tylers’ moodswings dat er daarna een tekstueel niemendalletje als Balloon volgt. Zo gaat het zo vaak op dit album: eerst rapt hij over hoe onzeker hij is om vader te worden om meteen daarna te roepen ‘kijk eens naar mijn Ferrari!’. Het maakt de man ongrijpbaar, maar uiterst fascinerend. Laten we hopen dat hij de woorden van zijn moeder in zijn oren blijft knopen:

“Don’t you ever stop bein’ who you are and dimmin’ your light for none of these motherfuckers out there!”

Alle beste albums van 2024: