Jaaroverzicht 2024

Vaak hou ik hier een stichtelijk praatje aan het eind van het jaar. Dat de wereld vol ellende is, enzo, en dat het fijn is dat er muziek is om ons te troosten. Ik heb daar dit jaar helemaal geen zin in. Dat er ellende is, weten jullie allemaal. Dat er mooie muziek is uitgekomen ook. Dus cut the crap: daar gaan we nu bij stil staan.

Allereerst de 24 van 24, de beste albums van het jaar. Hier is de gehele lijst. Lees de recensies in de links.

  1. Charli xcx – Brat
  2. The Cure – Songs Of A Lost World
  3. Porcelain id – Bibi: 1
  4. Meis – Zwart/Wit
  5. Jan Jelinek – Social Engineering
  6. Nia Archives – Silence Is Loud
  7. Bolis Pupul – A Letter To Yu
  8. Kim Gordon – The Collective
  9. v/a (Red Hot) – TRAИƧA
  10. E L U C I D – REVELATOR
  11. Personal Trainer – Still Willing
  12. Xiu Xiu – 13th Frank Baltreme Italian Stiletto With Bison Horn Grips
  13. Beth Gibbons – Lives Outgrown
  14. Kendrick Lamar – GNX
  15. Nicolás Jaar – Piedras 1 & 2
  16. De Mannen Broeders – Sober Maal
  17. JPEGMAFIA – I Lay Down My Life For You
  18. Henrik Meierkord – Visitors To Erinnerungen
  19. Rachel Chinouriri – What A Devastating Turn Of Events
  20. A Lily – Saru I-Qamar
  21. cupcaKKe – Dauntless Manifesto
  22. Kee Avil – Spine
  23. Roos Rebergen & SunSunSun Orchestra – Roos Rebergen & SunSunSun Orchestra
  24. Tyler, The Creator – CHROMAKOPIA

Heb je even 22 uur en 13 minuten? Luister dan de hele 24 van 24 op Spotify:


Ik heb natuurlijk weer heel veel weg moeten strepen. Dat doen pijn. Het is zo zonde dat ik de nieuwe albums van bijvoorbeeld Einstürzende Neubauten en Nick Cave & The Bad Seeds niet in mijn lijst kon opnemen (ik kom hier nog op terug). Of die van Arooj Aftab – alhoewel die net iets minder indruk maakte dan haar prachtige Vulture Prince uit 2021. De ‘drugsbaronnen’ van Fat White Family brachten ook weer een onnavolgbare plaat uit. Eigenlijk had ik de ‘ambient-soul-plaat’ Contezza van Laryssa Kim bij jullie onder de aandacht willen brengen en de fijne field recordings van Kate Carr die opnames maakte tijdens een zomerse reis door Londen. (Bij deze dan en bij deze dan.) Dan waren er ook nog vaste waarden als Brittany Howard, Chelsea Wolfe en The Bug, die ook dit jaar weer kwaliteit leverden.

Albumhoes

De best verpakte plaat vind ik Fil O Fenjoon van het duo ZÖJ. Schattig toch? De muziek hoef je verder niet te luisteren.

Foto: Sjef Prins – APA Foto

Re-releases en compilaties

Hoe langer de popgeschiedenis zich uitstrekt, hoe meer men terugblikt via heruitgaven. Ik ben daar niet vies van. Hier is mijn top 10 van re-releases, compilaties en tribute-albums. Eighties rule dit jaar! Fijn is dat er ook veel obscuur materiaal werd opgedoken uit de archieven.

  1. Control I’m Here: Adventures On The Industrial Dancefloor 1983 – 1990
  2. Pixies – At The BBC, 1988-91
  3. Harde Smart Volume 2: Flemish & Dutch Grooves From The 80’s
  4. Ghana Special 2: Electronic Highlife & Afro Sounds In The Diaspora (1980-93)
  5. Everyone’s Getting Involved: A Tribute To Talking Heads’ Stop Making Sense
  6. Sprung aus den Wolken – 1981 West-Berlin
  7. Heaven Sent: The Rise Of New Pop 1979-1983
  8. Throbbing Gristle – The Third Mind Movements
  9. Cocteau Twins, Harold Budd – The Moon And The Melodies (2024 remaster)
  10. GAS – GAS
Foto: Sjef Prins – APA Foto

Song van het jaar

Een van de mooiste stukken – ik weet niet of ik het echt een ‘song’ kan noemen – die ik dit jaar hoorde was Pattern In Heritage van Canberk Ulaş, een Turkse duduk-speler die nu in Zweden woont. Canberk Ulaş laat de geluiden van het traditionele instrument samenvallen met elektronische klanktapijten die zo lijken weggehaald bij de geluidsmagiërs van Coil. Zeker het tweede deel van Pattern In Heritage is adembenemend van verstilde schoonheid!


Clip van het jaar

Zal ik gaan voor een superkunstzinnige clip of voor een grappig commerciële? Ach, ik doe allebei. Zo is de clip Tiger Laughs van Andrey Kirichenko een prachtig staaltje bewegende naïeve kunst. Maar eigenlijk smolt ik ook meteen voor de clip van Europapa – nog ver voor al dat gedoe begon… Hier zijn ze allebei.


Concerten

Hier wat foto’s die ik maakte van het allerbeste concert van het jaar: Nick Cave & The Bad Seeds speelden op 29 september de Über Arena in Berlijn plat. “We hadden kippenvel, we hebben gehuild, gezongen en wild gedanst. Het was halleluja fucking goed!”, schreef ik op social media en daar heb ik nog steeds niks aan toe te voegen. Cave’s oude kompaan Blixa Bargeld stond met zijn band Einstürzende Neubauten een half weekje eerder in TivoliVredenburg Utrecht. Ze gaven een prachtig concert, niet meer zo lawaaiig als vroeger maar vol subtiele ritmes en melancholieke sferen. En er waren nog meer ouwe rotten die anno 2024 nog steeds wisten te overtuigen: ik was flabbergasted door de show van Massive Attack in het Spoorpark in Tilburg en ik ging lekker uit m’n plaat bij The Human League in TivoliVredenburg.

Maar de leukste dingen vinden plaats in de kleinste zaaltjes. De oudgedienden van It Dockumer Lokaeltsje overtuigden in Willemeen Arnhem en over het meest verrassende optreden van het jaar heb ik al geschreven in de recensie van Bibi:1 van Porcelain id. Ga hen zien als je kan! Iemand anders om in de gaten te blijven houden is Douglas Dare. Wij zagen hem shinen in de kleine dependance van Berghain in Berlijn.

Boeken

Het is een cliché, maar waar. Voor mij gold dit jaar meer dan ooit: ik lees niet, ik schrijf. Met het schaamrood op de kaken beken ik dat ik nauwelijks boeken of e-books heb gelezen – en al helemaal weinig over muziek. Wie de recensies van de 24 van 24 nauwlettend heeft gelezen, is opgevallen dat er in élk stuk – en in dit overzicht – het zinnetje ‘ik kom hier nog op terug’ staat. Het is mijn eigen kleine ode aan de gelijknamige roman van Rob van Essen, een van de meest originele boeken die ik dit jaar heb gelezen.

Maar dat terzijde; muziekboeken nu. Ik kocht eentje in de ramsj en die heb ik verslonden. Het was de verzamelbundel De Beste Muziekverhalen Van 1945 Tot Nu, samengesteld en ingeleid door Leon Verdonschot (‘nu’ is 2008, het jaar waarin de bundel verscheen). Het is een geweldig stukje geschiedenis van de muziekjournalistiek! Een ander oudje is het prentenboek Where’s Bowie? – een soort Waar Is Wally, maar dan met karakters als Ziggy Stardust, Major Tom, de Thin White Duke en Bowie in Berlijn. Ik kocht het in een Duits museum.

Dan nog een stukje Arnhemse nostalgie: dit jaar verscheen het boek George Jazzcafé, Een Arnhemse Legende van Peter Bierhaus en Kees de Bruijn. Zij brachten op prachtige wijze de geschiedenis in kaart van de kleine bruine kroeg (1974 – 1996), waar werkelijk alle jazzgrootheden speelden – van Chet Baker tot Dexter Gordon tot Art Blakey. Er zit zelfs een cd bij van een concert van Chet bij George (een optreden dat ikzelf heb gemist, we wilden geen kaartje kopen omdat we anders geen geld meer hadden voor bier…).

Foto: Sjef Prins – APA Foto

De doden

Regelmatig schrijf ik voor weblog Ondergewaardeerde Liedjes een in memoriam voor artiesten die gaan hemelen. Dit jaar ging het bijvoorbeeld over Frank Z van Abwärts, Aston ‘Familyman’ Barrett, Karl Wallinger, Jean-Marie Aerts of Roli Mosimann van Swans. En natuurlijk over zanger Damo Suzuki van de legendarische krautrock-band Can. In het nummer Paperhouse schreeuwt hij het uit: “You can make everything what you want with the mind.”


Dat lijkt mij de perfecte nieuwjaarsboodschap. Ik wens jullie allemaal een gelukkig en creatief 2025.

Charli xcx – Brat

Dacht ik zomaar dat ik een originele keuze zou hebben voor de plaat van het jaar, blijkt de hele wereld en zijn grootje ‘m op nummer 1 te zetten. Terecht, hoor. Brat is het meest opwindend, het meest vooruitstrevend, vernieuwend en het meest relevant. En vooral het lekkerst. Geen wonder dat dit album zo inslaat. Of nee, niet alleen dit album – de eerste plek wordt gedeeld met Brat And It’s Completely Different But Also Still Brat waarop alle nummers steen voor steen opnieuw worden opgebouwd.

De zomer van 2024 kleurde slijmgroen: een lelijk soort combi van Granny Smith-appeltjes en giftige neon. De zomer van 2024 was ‘brat’. Zelfs Kamala Harris probeerde er een flintertje van mee te pakken. Maar wat is brat? ‘Bratty’ is eigenlijk een Engelse term voor kinderen die zich verwend en ongehoorzaam gedragen. Voor jonge meiden (m/v/x) betekent het zowel hip-and-happening zijn als slonzig en vunzig. Denk uitgelopen make-up, wit hemdje zonder bh en een peuk in de bek. Het imago komt rechtstreeks uit de clubcultuur. De bron ligt ergens in de illegale raves uit jaren negentig. Dat hoor je terug op het album Brat van Charli xcx, maar dan vermengt met electroclash, zeroes indiesleaze, hyperpop, dubstep, breakbeat, bailefunk en duizend-en-een andere dancestromingen van nu. En dat heerlijk allegaartje gaat in de overdrive.

Brat is het zesde studioalbum van de 32-jarige Charlotte Aitchinson uit Londen. Ze voelde zich altijd een beetje de underdog in de popmuziek, en dat was ze misschien ook wel. Wat had ze er eigenlijk te zoeken? Zelfverklaard Aphex-fan Charli xcx stond altijd met één been in de alternatieve scene. De far-out hyperpopproducer SOPHIE was jarenlang haar mentor (ik kom hier nog op terug) en ze nam op met A.G. Cook, brein achter het experimentele label PC Music. SOPHIE is in 2021 overleden. Maar A.G. Cook speelt weer een belangrijke rol op Brat, naast grootheden als Easyfun, El Guincho, Hudson Mohawke en Gesaffelstein. Met z’n allen weten ze opeens iets te creëren dat helemaal aansluit bij de zeitgeist. Zo stoot Charli xcx niet alleen door tot de mainstream, ze weet hoogstpersoonlijk het Raam van Overton binnen de popmuziek te verschuiven naar een meer futuristische en experimentele richting. Iets meer non-conformistisch en anti-establishment. Iets meer brat dus. Chapeau Charli voor dat!

Dat klinkt allemaal behoorlijk intellectualistisch, maar Brat is vooral genieten. Alles klinkt lekker vies en vettig. De plaat staat vol dance-rollercoasters en enkele emotionele momenten. Geen van de vijftien tracks (plus drie extra’s) is zwak. Allemaal barsten ze van de energie en creativiteit. Opener 360 is een wobbelige bubblegum-banger. Von Dutch is een harde, brute electro-knaller die herinnert aan Boys Noize en Felix Da Housecat. “It’s okay to just admit that you’re jealous of me”, snauwt Charli als volleerde bitch. Talk Talk en B2b zijn iets zachter en lijken dan weer een eerbetoon aan de Franse dansmuziek uit de nineties en zeroes, van Daft Punk tot Justice. In So I wordt het tempo echt teruggeschroefd. De track drijft op het nummer It’s Okay To Cry van SOPHIE en dat is niet voor niets. Charli xcx zingt hier over hoe ze altijd bezig was om indruk te maken op de producer, waardoor ze nooit echt contact met haar wist te maken. Nu SOPHIE is overleden kan dat ook niet meer. Het is ontroerend hoe openhartig en kwetsbaar Charli xcx op veel momenten durft te zijn zijn. Soms lijkt het alsof we meelezen in haar dagboek. Of haar verhaal vol tranen aanhoren in het smotsige toilet van een club. Want ook dat is brat.

De wereld heeft zich een zomer lang vermaakt met Brat. Toen verscheen in oktober ook nog die remix-plaat! Of eigenlijk is Brat And It’s Completely Different But Also Still Brat veel meer dan een Brat 2.0. Een aantal tracks worden helemaal omgebouwd en voor een aantal nummers riep Charli xcx hulp in van collega’s als Billie Eilish, Ariane Grande, Bon Iver, The 1975, Lorde en Caroline Polachek. Niet de minsten toch? Er ontstaat eigenlijk een geheel nieuw album met diepere lagen. Zo zong Charli in Girl, So Confusing over hoe ze zich moest verhouden tot een niet nader genoemde collega-zangeres en dat leidde tot awkward taferelen. De hele wereld speculeerde dat het om Lorde zou gaan. Laat zij nou dit duet met Charli xcx aangaan! Een hele andere dynamiek speelt er met Billie Eilish, waarin de beide dames zich geil afvragen welke kleur ondergoed ze dragen. De metamorfose van Everything Is Romantic met Caroline Polachek is helemaal spectaculair. De zangeres maakt er een melancholische ode aan druilerig Londen van: “Late nights in black silk in East London / Churchbells in the distance / Free bleeding in the autumn rain.” En erg mooi is het bijna ambient-achtige pianostuk met The 1975 en Jon Hopkins.

Heel fijn is ook dat zowel op Brat als op is Brat And It’s Completely Different But Also Still Brat de nummers lekker kort worden gehouden. Meestal duren ze twee à tweeënhalve minuut, en sowieso wordt de grens van vijf minuten nooit overschreden. Charli xcx blijft even compact als impactvol.

Alle beste albums van 2024:

The Cure – Songs Of A Lost World

Robert Smith en The Cure liggen mij nauw aan het hart, alhoewel ik ze maar één keer heb zien optreden (ik kom hier nog op terug). Hoe mooi is het dan dat ze na zestien (!!) jaar een album uitbrengen met nieuw werk. Werk dat tot het beste hoort dat ze ooit hebben gemaakt.

Ik ben te jong om de vroege hoogtijdagen van The Cure bewust te hebben meegemaakt. Ik was dertien jaar oud toen hun meest duistere schijf verscheen: Pornography uit 1982. Dan ben je nog niet helemaal klaar voor al die hermetische en psychotische zwaarte, inclusief teksten als “it doesn’t matter if we all die” en “we must find this sickness, find a cure”… Daarvoor hadden Robert Smith cum suis al goth-iconen als de albums Seventeen Seconds (1980) en Faith (1981) uitgebracht. Ik ontdekte al die pracht met lichte terugwerkende kracht. Ik klokte in bij het psychedelische album The Top en de single The Caterpillar in 1984. Ik was flabbergasted.

Opvolger The Head On The Door sloeg helemaal in als een bom! In de rest van de wereld en in mij. Zeker hits In Between Days en Close To Me, en dan ook nog eens het opnieuw uitgebrachte Boys Don’t Cry. Nachtenlang dansten we op de kleine donkere dansvloertjes van Café Troost in Wageningen, The Move in Arnhem en De Stoep op Terschelling. Toen werd het 1986 en mochten Robert Smith en The Cure het festival Pinkpop afsluiten met een speciale lichtshow (iets wat in die tijd nog heel bijzonder was). Dus gingen wij liften naar Geleen. We zagen hoe Robert Smith met onder andere Cure-veteranen Simon Gallup, Porl Thompson en Laurence Tolhurst een indrukwekkende dwarsdoorsnee brachten uit hun iconische albums.


Het volgende hoogtepunt kwam in 1989 met het album Disintegration. De wereld was in rep en roer. House en acid hadden hun intrede gedaan en het IJzeren Gordijn was aan het vallen. The Cure bleef The Cure: grijs, donker en melancholisch, maar met weer van die aansprekende hits als Pictures Of You, Lovesong en vooral Lullabye. Misschien is Disintegration wel de meest ultieme Cure-plaat. Alle elementen zijn hier optimaal uitgekristalliseerd. Jammer alleen dat het gothic sfeertje inmiddels een beetje gedateerd overkwam.

Voor duistere ellende moesten we inmiddels bij andere artiesten zijn. Bij David Bowie bijvoorbeeld – grote vriend van Robert Smith en iemand die mij nóg nauwer aan het hart ligt. Bowie was inmiddels bekomen van zijn Let’s Dance-achtige startrip en ging zich richten op post-apocalyptische industrial en cyberpunk. Hij maakte het overrompelende premillennium album 1. Outside in 1995 en ging daarmee op tournee. Wij stonden in de Jaarbeurs in Utrecht met onze monden open van verbazing. De meeste indruk maakte Reeves Gabrels, inmiddels de vaste gitarist van David Bowie. Zijn spel was experimenteel en abstract, zowel hoekig als meanderend – maar altijd zo scherp als een mes.  

Jaren gingen voorbij. De 21e eeuw ging van start, we kregen 9-11 en de euro. We kregen een tsunami, de Taliban en Twitter, Saddam en Syrië, de kredietcrisis en het klimaat. En uiteindelijk ging David Bowie dood in 2016. Ondertussen bleef The Cure trouw albums afleveren. Alleen sloeg Robert Smith niet meer vaak een deuk in een pak boter.  Ze ontpopten zich wel tot een gedegen liveband – zeker toen Reeves Gabrels in 2012 de gelederen kwam versterken – maar aan The Cure kleefde een beetje een ‘gouwe ouwe’-imago, mede omdat er sinds het album 4:13 Dream uit 2008 geen nieuw materiaal meer verscheen. De bron droogde op.

Robert Smith bleef telkens een nieuwe plaat aankondigen, maar die werd keer op keer uitgesteld. We begonnen bijna het geloof in een nieuwe genezing te verliezen. Dus onze verbazing was groot toen dit jaar op 25 september de website songsofalost.world werd gelanceerd. Na zestien jaar was het dan eindelijk zover! Een nieuw album van The Cure! En op 1 november om middernacht was het te stream en te koop. Op dezelfde dag gaf de band een geweldig drie uur durend concert in de Troxy in Londen, waarbij niet alleen Songs Of A Lost World integraal werd gespeeld maar er ook ruim aandacht was voor Seventeen Seconds – 45 jaar na dato – en alle hits uit hun hele oeuvre.


Hoe langer het wachten, hoe hoger de verwachtingen. Konden Robert Smith cum suis die wel waar maken? Een goed teken was dat het album meteen niet meer uit onze installaties was weg te branden. Keer op keer werd ‘ie gedraaid en met elke luisterbeurt werd Songs Of A Lost World beter. Oudgedienden Robert Smith (gitaar) en Simon Gallup (bas) spelen nu met twee gitaristen, waarbij Reeves Gabrels de meest prominente rol krijgt. Dus klinkt Songs Of A Lost World soms als het beste van Pornography, Seventeen Seconds en Disintegration gecombineerd met het geluid van Bowie’s 1. Outside en Earthling. Dat is heerlijk. The Cure anno 2024 is niet alleen maar nostalgie, maar de band zet stappen vooruit. Ook het geluid van Jason Cooper’s drums is indrukwekkend, krachtig en helemaal van nu. In een enkel moment klinkt The Cure zelfs als een metalband. Wie had gedacht dat ze ooit met betonrock op de proppen zouden komen?

De plaat telt 49 minuten en 15 seconden en daarin weet The Cure acht beklemmende nummers uit te spinnen. Stuk voor stuk bouwen ze langzaam op vanuit een melancholisch en sfeervol intro. Vaak barst Robert Smith pas na de helft uit in zijn zingende gehuil of huilende gezang. Wat opvalt is hoe krachtig de stem van de 65-jarige Smith nog klinkt! Hij laat tijdgenoten als Bono (U2), Jim Kerr (Simple Minds) of Dave Gahan (Depeche Mode) ver achter zich.

Wat niet nieuw is: de somberheid druipt er nog steeds vanaf. In die zestien jaar is er heel wat gebeurd en dat kreeg zijn weerslag in de liederen van de verloren wereld, overigens allemaal van de hand van Robert Smith. Zijn ouders en zijn oudere broer zijn overleden. Dat hoor je terug in Never Can Say Goodbye. Er brak een pandemie uit en vervolgens twee oorlogen. Daarvan zijn Warsong en Drone:Nodrone een weerslag. Het hoogtepunt van het album is afsluiter Endsong. Robert Smith schreef het toen hij in zijn tuin zat. Hij herinnerde zich dat hij in 1969 – op tienjarige leeftijd – naar de maan tuurde, op het moment dat daar Apollo 11 landde. “And I’m outside in the dark staring at the blood red moon / Remembering the hopes and dreams I had and all I had to do / And wondering what became of that boy and the world he called his own / I’m outside in the dark wondering how I got so old.”

Is daarmee de cirkel rond? Ik weet het niet. Ik hoop alleen maar dat The Cure niet meer zolang op zich laat wachten met een volgend album. Er gaan geruchten dat er komend jaar weer een plaat verschijnt en daarna gaan ze op tournee. Dan prijs ik mij gelukkig. Het wordt hoog tijd voor een tweede bezoek aan The Cure.  

Alle beste albums van 2024:

Porcelain id – Bibi: 1

De Vlaamse Porcelain id wilde een plaat maken die het midden hield tussen alles van Nick Cave & The Bad Seeds en Yeezus van Kanye West. Dat is gelukt. Luister maar naar Bibi:1. Die staat vol bloedmooie melancholische liedjes in een tegelijk abstracte, experimenteel elektronische setting mét de impact van beide grootheden. Wederom blijkt: de redding komt uit België! (Ik kom hier nog op terug.)

Aan het werkstuk van de 25-jarige Hubert Tuyishime (die/hen/hun) gaat een geschiedenis vooraf. Hubert kwam op zijn zevende van Rwanda naar België, naar Itegem in Heist-Op-Den-Berg om precies te zijn. De ‘helaasheid der dingen’ daar werd inspiratie voor melancholische folksongs in het Vlaams. Die schreef zelfs een anthem/anti-anthem – onder de veelzeggende titel Vlaanderen – over hoe je als vluchteling niet welkom bent in een West-Europees land (Marjolein Faber, leest u mee?), met als cynisch refrein: “Want je hield van Vlaanderen / Maar Vlaanderen hield niet van jou”.

Antwerpse plaat
Inmiddels woont Porcelain id in Antwerpen, in Berchem om precies te zijn, en dat is goed te horen op deze plaat. (Behalve dan dat die vanwege internationale aspiraties (?) het Vlaams heeft achtergelaten. Nu zingt die in het Engels.) Bibi: 1 is gemaakt met Antwerpenaar Youniss Ahamad achter de knoppen. De hiphopper/electropunk is goed voor het Kanye West-gedeelte, kort door de bocht gesteld. Verder staat het album vol Antwerpse muzikanten. De albumhoes werd gefotografeerd op het Theaterplein en in de teksten zijn er shout-outs naar de skaters, het Mechelseplein en Sint Lucas. Maar vooral de geest van de stad klinkt door. Die is divers, multicultureel, genderoverschrijdend.


Vriend
De vriendschap wordt gevierd bij Porcelain id. Het stukje ‘Porcelain’ in diens naam staat voor de band Porcelain Dog die een vriend was begonnen, het stukje ‘id’ staat voor zijn genderfluïditeit. De albumtitel is een afkorting van de Arabische koosnaam Habibi, oftewel ‘vriend’, zoals fotograaf Adel Setta hen vaak noemde. (Dat er een 1 achter kwam, impliceert dat er ook een Bibi: 2 en eventueel 3 gaan volgen – zo onderstreept Porcelain id.)

Chet Baker-bas
De titel komt weer terug in de mooie opener Habibi (r u alone?), vol elektronische uitbarstinkjes en met de soulvolle stem van Emma Hessels op de voorgrond. Een nummer als Moon doet dan weer flink denken aan Tyler, The Creator of Blood Orange. Overstuurde noise en distortion is er volop in het nummer Reach Me/Reaching Higher. En heel bijzonder is de zang in het nummer Cellophane. Porcelain id nam frambozen tussen de tanden om het effect van een grill (de opzetstukken in je gebit die bijvoorbeeld ook Erykah Badu droeg) na te bootsen. Voor de song Brilliant kreeg bassist David Idrisov een bijzondere opdracht mee: Speel alsof Chet Baker geen trompettist was, maar een bassist. Hij kweet zich prima van die taak.

Brouwsel
Zwoele soul of lofi-rammelfolk, emo-trap, noiserock of harde hiphop. Of perfecte belgpop. Stijlen en stromingen buitelen over elkaar heen op Bibi: 1. Maar vaak sijpelt een gevoel uit diens jeugd in Afrika door de muziek. Porcelain id luisterde naar stapels slechtbewaarde VHS-banden met gospelmuziek en die klinken door op dit album. Cave en Ye werden al genoemd als invloeden. Yves Tumor en Radiohead mogen we ook noteren. Daarnaast bracht Youniss Ahamad niet-westerse klanken als oldschool Arabische muziek en Indiase percussie in. Zo ontstond al met al een uniek brouwsel. Dat komt live nog veel meer tot zijn recht!

Onvergetelijk
Ik zag Porcelain id voor het eerst in mei van dit jaar, in een bovenzaaltje in Arnhem. Ondanks het bescheiden succes van Bibi:1 en het feit dat die de Ancienne Belgique uitverkocht en op verschillende festivals in België (Pukkelpop) en Nederland (Best Kept Secret) stond, was er in Arnhem hooguit twintig man (m/v/x) publiek aanwezig. Het weerhield Tuyishime – plus toetseniste en drummer – er niet van om alles te geven op het kleine podium. Ze speelden Arnhem plat! Het werd een onvergetelijke ervaring. Net zo onvergetelijk als Bibi: 1, de meest avontuurlijke Belgische plaat sinds jaren. Laat nummer 2 en 3 maar snel doorkomen!

Alle beste albums van 2024:

Meis – Zwart/Wit

Wat weten we van Meis?

Dna

1. Met haar muzikale dna zit het wel goed. Aysha Meis de Groot is dochter van zanger Marcel en dus kleindochter van Boudewijn de Groot. Dat is te horen.

2. Met haar muzikale dna zit het wel goed. De 31-jarige Meis is zangeres bij en dus een van de drijvende krachten achter het geluid van Eefje de Visser. Dat is te horen. Eefje de Visser bracht dit jaar het album Heimwee uit, maar Meis solo vinden we interessanter.

3. Met haar visuele dna zit het ook wel goed. Net als FKA twigs heeft Meis zich bekwaamd in paaldansen (ik kom hier nog op terug). Dat is te zien. Zij tovert het om van plat erotisch vermaak voor dronken mannen tot feministisch statement. Het zijn alleen hele sterke vrouwen dit kunnen.

4. Met haar tekstuele dna zit het ook wel goed, sterker nog: Meis durft veel verder te gaan, zich veel meer bloot te geven dan haar opa. Voor haar debuutalbum Zwart/Wit schreef ze heel open over de aandoening waardoor ze al op jonge leeftijd haar maag preventief moest laten verwijderen. (“Ik ben op mijn 24e ont-maagd”, is haar vaste grap in interviews.) Want dat is een stuk minder leuk in haar dna: zowel haar oma als haar moeder zijn op jonge leeftijd overleden aan een zeldzame maar erfelijke vorm van maagkanker.

Songs

De afgelopen jaren maakte Meis er een elftal aangrijpende songs over. Die werden begin februari van dit jaar uitgebracht in een hoes met een confronterende foto van haar postoperatieve lichaam – ik kan het plaatje niet delen op LinkedIn want die vindt het te schokkend… De liedjes hebben allemaal titels van één of twee lettergrepen – Rond, Zonder, Zwart, Los, Voor/Door, Tussen, Anders, Lelijk, Fijn, Spijt en Rond/Uit) en kenmerken zich door een beetje experimentele, knisperende elektronica. Soms abstract, soms schurend. In de verte doet het wel denken aan LUWTEN. De arrangementen zijn spaarzaam. De fascinerende sound is mede te danken aan drummer/producer Nicky Hustinx (die we kennen van onder andere Wende, Weval, Aafke Romeijn en Eefje de Visser). Over die klanktapijten zingt Meis zweverig en met hese stem, een beetje omfloerst soms; inderdaad een beetje in de stijl van La Eefje maar verder onvergelijkbaar. De sfeer is teder en intiem. Het zijn intieme, breekbare liedjes.

Los

De wanhoop… de pijn… teleurstelling… Het is geen sinecure om een songcyclus over zo’n heftig onderwerp te maken, maar Meis slaagt met vlag en wimpel. Omdat ze heel direct is en ook luchtig uit de hoek kan komen. Soms is ze poëtisch, soms is ze nuchter. Ze wilde van Zwart/Wit geen loodzwaar egodocument van maken. Gelukkig niet. Ze zingt droogjes over haar littekens: “Kan je misschien niet zo staren, maar gewoon vragen?” En “Het spijt me dat het weer gaat over mij”, klinkt het op Spijt. Ze richt zich direct tot haar arts in Anders: “Zeg vandaag iets anders / Dat het straks niet door gaat.” Een van de sterkste nummers op het album is Los, een bloedmooi duet met Klangstof-zanger Koen van de Wardt. Het is een van de weinige songs waarin Meis weer hoopvol is. “We dansen en ik hoop weer dat het straks als ooit is / In je armen is het noodweer even niet te vinden / Laat me nooit meer los.”

Live

Voorlopig gaan we Meis niet live zien. Ze is op tournee met Eefje. Dat is mooi, maar ook wel jammer. De solo-optredens van Meis zijn spec-ta-cu-lair, omdat ze ook virtuoos is aan de paaldanspaal. Hopelijk pakt de zangeres snel weer een eigen project op. Wij kunnen niet wachten.

Alle beste albums van 2024:

Jan Jelinek – Social Engineering

Is dit de sprookjeswereld anno 2024? Door AI voorgelezen phishing mails, spam en reclame – over onmenselijke elektronische klanken – roepen een totaal nieuw universum op. Die voelt unheimisch en desolaat aan, maar is ook van een vreemde schoonheid.

“Please I need your help and assistance. Permit me to inform you of my desire of going into business relationship with you.” … “ERROR NUMBER 268D3! CRITICAL ALERT FROM MICROSOFT! YOUR COMPUTER HAS ALERTED US THAT IT IS INFECTED WITH VIRUS- AND SPYWARE!”… “I actually placed a software on the x-rated videos website – and you know what? You visited this site to experience fun – you know what I mean. While you were watching videos, your internet browser began functioning as a remote key logger which gave me access to your display screen.”’ … “Bitte öffnen sie das Document.” … “SELL YOUR ONE KINDNEY! Looking for kidney donor anywhere in world.” … “Did you know obesity kills more and more people every year. We know you hate the extra pounds.” … “Dear Sir Madam. Late Sister Dorothy Stang bequeathed a large sum to you in the codicil of her last will testament.” …

Iedereen krijgt dagelijks dit soort mails of popups. Als je slim bent, klik je ze meteen weg en delete je ze. Als je niet zo slim bent of je nieuwsgierigheid niet kunt bedwingen, klik op een link en wordt je computer doodziek. Sowieso zijn spam en phishing mails het schuim der aarde. Dit soort troep kun je missen als kiespijn. Maar de Berlijnse componist/producer/geluidskunstenaar Jan Jelinek ziet er juist schoonheid in. Zeker als de boodschappen op muziek worden gezet, hoe vreemd en onmenselijk die ook is (ik kom hier nog op terug).

Jan Jelinek experimenteert al decennialang met abstracte elektronische muziek, ergens op het snijpunt tussen techno en wat begin deze eeuw ‘clicks ’n cuts’ werd genoemd. Hij brak door in 2001 met het album Loop-Finding-Jazz-Records. Dat is opgetrokken uit – de titel zegt het al – jazzsamples, maar er is werkelijk niets jazzy’s aan. Zo is er ook werkelijks niets sociaals aan Social Engineering. Voor het stuk, gemaakt in 2022 en 2023 als radiohoorspel voor Südwestrundfunk maar pas dit jaar uitgebracht op plaat, selecteerde hij een aantal van deze kwalijke boodschappen – in Engels en in Duits. Fragmenten daarvan voerde hij in in spraakprogramma’s en andere kunstmatige intelligentie. Hij gaf ze een artificiële vrouwen- of mannenstem mee, of dubbele stemmen. Hij vertraagde, versnelde, stretchte. Soms haalde hij iets door een harmonizer of autotune. (De stemmen doen in de verte wat denken aan Fitter Happier op het album OK Computer van Radiohead, maar dan honderdduizend keer meer geavanceerd – logisch, de tijd heeft niet stil gestaan.)

De toonloos voorgelezen teksten begeleidde Jelinek met geheimzinnige elektronische ‘glitchy’ soundscapes. Die lijken ontdaan van elke menselijke bemoeienis, al zijn ze niet gereconstrueerd door AI – want dan zou de muziek meteen een stuk minder spannend zijn. Met dit soort glitch-ambient plaatst Jelinek zich in de traditie van landgenoten als Markus Popp van Oval en Uwe Schmidt (Pop Artificielle) of avantgarde Japanners als Nozomu Matsumoto en Alva Noto.

Het resultaat is een 36 minuten en 25 seconde durende geluidsinstallatie, opgedeeld in dertien stukken. Die is zowel fascinerend in klank als in tekst. Door ze zo uit te lichten, legt Jan Jelinek de nadruk op het impliciet komische woordgebruik en de kromme stijl die niet bedoeld is om ook maar iemand voor het hoofd te stoten. Dus mensen worden steevast sir/madam genoemd en er komen wensen voorbij als “and if you are a Christian: happy Easter Monday!”.

Maar wat het meest bijblijft is hoe desolaat en verlaten deze uithoek van cyberspace is. Dat wordt nog versterkt doordat stemmen en geluiden opeens vervormen of worden gestoord, als robots die vastlopen. Dit is pure digitale horror! Slechts één keer schijnt er een uitstapje naar real life te zijn: halverwege het nummer Social Engineering 3 (ALERT!) lijken we ons opeens op een chaotische markt ergens in Afrika te bevinden. Al keren we in Social Engineering 4 (A Mystery wants To Be Disclosed) weer snel terug naar de virtuele wereld. Over verontrustend rustgevende geluidsgolven worden we opgeroepen snel een PDF-je te openen.   

We waren er bijna ingetrapt…

Alle beste albums van 2024:

Nia Archives – Silence Is Loud

Van Goldie tot Grooverider, van Dillinja tot LTJ Bukem… de hoogtijdagen van jungle en drum ’n bass lagen halverwege de jaren negentig van de vorige eeuw. Die tijd heeft Nia Archives nooit meegemaakt. Toch is de 24-jarige dj/producer/singer-songwriter de leading lady van de wijdverspreide revival anno nu. Dat doet ze met verve… én met een gouden strotje. Niet voor niets wordt Nia de ‘Amy Winehouse van de drum ’n bass’ genoemd.

Dat is op zich al bijzonder. Jungle en drum ’n bass stonden bekend als redelijk geïsoleerde stromingen. Alleen David Bowie deed in de tweede helft van de jaren negentig een poging om de zware bassen en ratelende ritmes te integreren in solide popsongs. Dat was best geslaagd, luister het album Earthling nog maar eens terug.

Maar eigenlijk hebben we moeten wachten tot 2024 voordat underground jungle en drum ’n bass echt een huwelijk aangingen met andere stromingen als bijvoorbeeld neosoul en zelfs britpop. Enter Nia Archives en op naar de hitlijsten! Zelfs Fred Again… en Jorja Smith zijn fan.

De in Bradford, Engeland geboren Dehaney Nia Lishahn Hunt werd in de kerk opgevoed met een streng evangelie. Maar op de geluidsinstallatie van haar oma leefde ze zicht uit met jungle, afrobeat en soul. (Haar grootmoeder en haar tante hebben overigens nog steeds programma’s op het lokale radiostation van Bradford).

Vervolgens zette deze dame het mannenbolwerk – dat deze scene toch is – volledig op zijn kop! Nia Archives debuteerde in 2020 met de zomerse single Sober Feels en daarna bracht ze nummers en ep’s uit gevuld met een combi van heftige drum ’n bass en UK garage met Zuid-Amerikaanse bossanova-melodietjes.

In april van dit jaar verscheen haar debuutalbum Silence Is Loud, als opmaat naar een festivalseizoen waarin ze heel Europa voor zich wist te vinden. Ze zette bijvoorbeeld Down The Rabbit Hole en Pukkelpop op zijn kop. Maar ze is op haar best in kleine, zweterige zaaltjes – zoals eind dit jaar in de Melkweg Amsterdam – waar ze zich eerst ontpopt als underground dj voordat ze liedjes gaat zingen. Een zeer overtuigende opbouw!

Dat ze swag heeft, wordt sowieso snel duidelijk. De ‘next-gen junglist’ blinkt namelijk uit in het produceren van harde, snelle ADHD-beats. Als ze goed gas geeft, stuiteren de jungle en drum ’n bass onweerstaanbaar door de zaal. Het gaat allemaal nog een tandje sneller dan in de nineties, zo lijkt het wel. En dat wordt gewaardeerd: ‘godfather’ Goldie lacht zich rot op Silence Is Loud (hij heeft een cameo in het nummer Tell Me What It’s Like?).

Tussen alle hyperkinetische beats klinken catchy popsongs door. Nia Archives kwalificeert haar muziek als “modern-day punk music in a dance space”, en dat is tekenend voor dat ze verder kijkt dan de clubs. Ze laat zich – net als Rachel Chinouriri, die andere frisse dame van 2024 – ook inspireren door britpop en Lily Allen. Ze zingt ook een beetje als Lily, haar jeugdidool. Dat ze vergeleken wordt met Amy Winehouse is eerder vanwege haar vettige accent.

De plaat start in party-modus met het titelnummer Silence Is Loud. Wat een banger is dat! Maar tegen het einde is er een reprise van dat nummer (ik kom hier nog op terug). Dan vallen de beats opeens stil. Over een zachte sirene plus wat vreemde samples horen we alleen pianoklanken en de stem van Nia Archives. Dan valt op hoeveel soul die vrouw in haar stem heeft.  

Ze noemt zichzelf ‘emotional junglist’. In haar nummers gaat snelheid hand in hand met gevoelens en melancholie. Nia Archives navigeert langs thema’s als angsten, eenzaamheid en verwarring. Ze zingt over typische GenZ-gevoelens als “I feel so lonely, especially in crowded rooms”. Ze omschrijft in het nummer F.A.M.I.L.Y hoe ze vervreemdt van haar weinig begripvolle naasten. In uitsmijter So Tell Me… herhaalt ze keer op keer: “I get so stuck inside my head / This overthinking sends me west / Obsessed ‘bout everything you said / And what I could’ve said instead.” En in Nightmares zingt ze de frustraties over een ex van zich af. Ook weer zo scherp als Lily Allen. Nia zingt dan: “All of my friends hate you / To be fair, I do too”.

Ondanks de opbouw van openingsknaller naar reprise plus nog twee uitsmijters daarna, vormt het album geen eenheid. Daarvoor is het veel te fragmentarisch. Het stuitert alle kanten op. Precies zoals goede jungle moet doen!

Alle beste albums van 2024:

Bolis Pupul – Letter To Yu

Bolis Pupul maakte een album over de Chinese roots van zijn moeder. Die verscheen in maart op het label DEEWEE van de Belgische broertjes Dewaele. Die kennen we van Soulwax en 2ManyDJ’s. Dus de muziek van Popul houdt het midden tussen dansbare synthipop en melancholische ambient, ditmaal met oosterse invloeden. De plaat is tegelijkertijd een viering van het leven als een eerbetoon aan een overleden moeder!

Boris Zeebroek (1985) werd op school niet alleen gepest omdat hij zoontje was van een absurdistisch tekenaar en komediant (Luc Zeebroek/Kamagurka). Hij moest het vooral ontgelden vanwege zijn half-Chinese afkomst. Zijn moeder Yu Wei Wun kwam toen ze zeven jaar was met haar ouders vanuit Hong Kong naar België. Ze kwam in 2008 om het leven door een auto-ongeluk. Ze werd maar 48 jaar oud. Boris heeft haar tijdens haar hele leven nooit bevraagd over haar roots. Daar sprak je niet over. Pas tien jaar na haar dood trok hij naar de geboortestad van zijn moeder, om zo ook veel te leren over zijn eigen afkomst.  

Vanaf 2018 trok hij enkele malen naar Hong Kong. Hij bezocht onder andere de Ma Tau Wai Road in de wijk Kowloon, waar Yu Wei Wun is geboren. Bolis Pupul maakte geluidsopnamen in de straten en in de metro. Die verwerkte hij in de nummers op Letter To Yu (ik kom hier nog op terug). Pupul vond zijn moeder en zichzelf en tegelijkertijd ook weer niet. Dat stemt hem melancholisch. “This is where you were born 59 years a go / and I am finally here / why did it take me so long / I feel so sorry we couldn’t do this together”, zingt hij met een laag gepitchte stem in het openingsnummer Letter To Yu. Hij heeft ook Lost In Translation-achtige ervaringen in de wereldstad. Hij verstaat niks. Maar mensen denken wel dat hij een van hun is. “People talk to me like I’m a local / A sense of shame is my part/ I wish I spoke what they speak / So I could blend in easily”, klinkt het in Completely Half, waarin hij zich ook spiegelt met de situatie in België. Popul voelt zich nergens helemaal thuis. De plaat is heel intiem, mede doordat we aan het einde – in het prachtige nummer Cosmic Rendez Vous – ook Yu Wei Wun zelf horen. En op Ma Tau Wai Road zingt zus Sarah Yu Zeebroek – alias Salah Pupul – de leadvocals. (“Cantonese on the streets / Takes me back / Back to you / The temple ‘round the corner / Wrapped in haze / A touch of melancholy / Your soft embrace”)

De nummers zijn soms stemmig, maar nog vaker is het feest. We kennen Bolis Popul immers van de vrolijk ironische plaat Topical Fever, die hij maakte samen met Charlotte Adigéry (en die destijds hoog eindigde in mijn 22 van 22). Ook daarop was de invloed van de ‘broertjes fucking Dewaele’ goed te horen. Maar op Letter To Yu mengt Popul uiterst modern geproduceerde retro-synthipop met Oost-Aziatische invloeden a la Japan ten tijde van Tin Drum, Visions Of China en Canton of Ryuichi Sakamoto en Yellow Magic Orchestra (La Femme Chinoise zou gewoon op Yu Wei Wun kunnen slaan). Maar ook Kraftwerk en ABBA zijn nooit ver weg. Het is gemaakt voor de dansvloer: Bolis Popul klinkt vaak superstrak en superdwingend. Luister maar naar regelrechte ‘bangers’ als Frogs, het van Chinese samples doordrenkte Doctor Says of het instrumentale Spicy Crab (zo heet als de titel doet vermoeden). De field recordings uit Hong Kong maken de muziek alleen maar rijker. Zo horen we mensen kaartjes afstempelen voor de metro, kinderen zingen een wiegeliedje en er zijn allerlei conversaties in de trein – waar we niets van verstaan (Lost In Translation again).  

Tussen Gent en Honk Kong ligt precies een halve aardbol en de verbindende factor is Bolis Popul. Dat maakt Letter To Yu letterlijk en figuurlijk een wereldplaat! Daar kan zijn moeder trots op zijn…

Alle beste albums van 2024:

Kim Gordon – The Collective

Niemand is zo cool als Kim Gorden. Zeker als het ongemakkelijk wordt of abstract, als het gaat schuren, dan bloeit Kim op. De inmiddels 71-jarige bassist, gitarist en zangeres werd niet voor niets ‘the mother of grunge’ genoemd: al vanaf 1981 maakte ze experimentele noise in de pionierband Sonic Youth. De band stopte in 2011, net als haar huwelijk met SY-gitarist Thurston Moore. Maar Gordon bleef zichzelf vernieuwen… en bleef lawaaiig schuren.

Noise vormt een rode draad door haar carrière en The Collective vormt daarop geen uitzondering. Die fascinatie deelde ze met haar ex-echtgenoot, zo schrijft ze in haar memoires (Girl In A Band uit 2015): “Noise was an insult, a derogatory word, the most scornful word you could throw at music. Thurston said he wanted to reclaim the word noise, even though nobody really knew what a ‘noise band’ was or was supposed to sound like.” Sonic Youth zocht het in klankpartijen van gitaren die allemaal verkeerd gestemd waren. Solo zoekt Kim Gorden het tegenwoordig in trap- en hiphopbeats (ik kom hier nog op terug), industriële erupties en soms zelfs autotune. Ze gaan gepaard met de stereotype ingetogen ‘sprechgesang’ die we van Gordon kennen: toonloos en vlak, met veel valse lucht, afstandelijk misschien, maar zeker niet zonder zeggingskracht.

Soundcloud-rap

De liefde voor beats is niet helemaal nieuw, halverwege de jaren tachtig startte Sonic Youth een sideproject – Ciccone Youth – waarmee ze gestoorde hiphopversies van Madonna-klassiekers als Into The Groove speelden. In de verte doet het geluid van The Collective daar een beetje aan denken. Kim ging vorig jaar in zee met dezelfde producer die haar eerste solo-album No Home Record uit 2019 geluid gaf: Justin Raisin. Die is bekend van onder andere werk met Charli xcx, Lil Yachty en Drake. De allesoverheersende beats op The Collective zijn van zijn hand. Soms waren ze al af voordat de plaatopnames begonnen. Zo was de beat in opener BYE BYE oorspronkelijk bedoeld voor Playboy Carti. Samen met Gordon maakt Raisin er een dik geluid van, vol zware bassen en harde, scherpe klanken. Lekker lo-fi allemaal. De hithat-ritmes zijn complex als bij de beste Soundcloud-rappers. Dus eerder dan aan Jay-Z of Kanye West doet het geluid denken aan industrial hiphop-acts als Death Grips of de techno-terreur van Atari Teenage Riot (die een deel van hun naam uit een Sonic Youth-klassieker hebben overgenomen). Gitaren zijn er ook, maar ze zijn nauwelijks als zodanig te herkennen. Het zijn niet meer die uitwaaierende snarenmeanders van SY. Gordon en Raisin hanteren eerder een soort abstracte cutup-methode. Vervormde noise-explosies worden ritmisch geplakt.

Ennui

In haar teksten is zeventiger sterker dan ooit. Ze ageert tegen foute mannen, als ze cynisch in de huid kruipt en kweelt: “Giddy up! Giddy up! Don’t call me toxic, just cause I like your butt!” En even verderop doet ze een ode aan sterke vrouwen: de New Yorkse noise-collega’s Pussy Galore en de Russische punkiconen van Pussy Riot. BYE BYE is eigenlijk niet meer dan een rij artikelen die Gordon in haar koffer stopt als ze op reis gaat. Is dat bedoeld als commentaar op materialistisch denken of als een waarschuwing tegen aankomende dementie? Hoe dan ook, ze zingt het ‘boodschappenlijstje’ met een ironische sensualiteit zoals alleen Kim Gordon dat kan. De vervreemding van het moderne leven komt steeds terug, vol consumentisme en ennui. “Cement the brand!”, roept ze cynisch uit.  

De oude dame kiest niet voor nostalgie. The Collective is een wilde plaat geworden en overdaad in woord en klank. Maar het werkstuk ligt in de lijn van wat Gordon altijd al heeft gedaan – iets wat ze kernachtig omschrijft in het nummer Shelf Warmer… “The right stuff! No fluff!”

Alle beste albums van 2024:

(Red Hot Organization) TRA​​​И​​​Ƨ​​​A

Het begon allemaal met de cd Red Hot + Blue. Eind jaren tachtig kwam het eerste project van de non-profit organisatie Red Hot uit. Daarop zongen artiesten als Sinéad O’Connor, Tom Waits, David Byrne en U2 liedjes van Cole Porter. Het bekendst werd I Got You Under My Skin van Neneh Cherry, vanwege de videoclip maar ook vanwege de symboliek. Red Hot + Blue was bedoeld om geld op te halen voor de slachtoffers van de aidsepidemie en om awareness te creëren.

Bijna 35 jaar later haal je niet veel geld meer op met platen of cd’s. Maar Red Hot creëert nog steeds awareness. Met TRA​​​И​​​Ƨ​​​A willen producer Dust Reid en muzikante, model en activist Massima Bell de aandacht vestigen op de rechten en op de struggles van transpersonen. Dat zat al langer in de planning, maar de directe aanleiding was de dood van hyperpopproducer SOPHIE in 2022.

Ze vroegen meer dan honderd artiesten. Die werkten in verschillende samenwerkingsverbanden aan 46 liedjes, goed voor bijna vier uur muziek. Het werd een prachtige mix aan trans-artiesten en cisgender ‘allies’. Grote namen als Sam Smith, Sade, Wendy & Lisa Jeff Tweedy van Wilco, Kelela, Alan Sparhawk van Low, ANOHNI, Cassandra Jenkins, Pharoah Sanders (hij rust in vrede) en André 3000 doen mee, maar ook experimentele muzikanten als claire rousay, L’Rain en Jlin. Als je denkt dat het gaat duizelen, dat valt best mee. Bell en Reid hebben het zo geconstrueerd dat er wel degelijk een lijn zit in dit grote en veelzijdige project (ik kom hier nog op terug).

De naam van het project (die spreek je uit als “trahn-sa”) is ontleend aan een elpee uit 1972 van de Braziliaanse tropicalia-artiest Caetano Veloso. Dat album maakte Veloso in Londen, op de vlucht voor het fascistische regime in Brazilië. Het tweede nummer op de compilatie die op 22 november verscheen is ook van de hand van Caetano Veloso. You Don’t Know Me wordt voorgedragen door Devandra Banhart, Blake Mills en de oudste transpersoon die meedoet op de compilatie: de 80-jarige Beverly Glenn-Copeland.

Zo heeft bijna elk nummer een verhaal. ‘Queer punk’-pionier Jayne County brengt haar Surrender Your Gender uit 1974 opnieuw, ditmaal met onder andere Kathi Wilcox van Bikini Kill en Lee Renaldo van Sonic Youth. Er is een cover van Any Other Way, een hit uit de sixties van soulzangeres en een van de eerste transperformers Jackie Shane. L’Rain werkt samen met het New York Trans Oral History Project aan twee nummers van ANOHNI, die op haar beurt weer uitblinkt met een bewerking van Is It Cold In The Water? van SOPHIE. Ze doet het samen met Moses Sumney, die ook weer te horen is op een warme bewerking van Sylvester’s discoklassieker You Make Me Feel (Mighty Real) met een glansrol voor Sam Smith! En dan zijn er adembenemende covers van Deeper Understanding van Kate Bush (door onder andere Bill Callahan), Get Me Away From Here I’m Dying van Belle & Sebastian, Feels So Different van Sinéad O’Comnnor (door Sharon Van Etten en Ezra Furman) en Song To The Siren.

Ontroerend is de samenwerking van Alan Sparhawk met Mike Hadreas alias Perfume Genius. Ze spelen hun versie van de ontroerende Low-song Point Of Disgust, met Perfume Genius in de rol van de in 2022 overleden Low-zangeres Mimi Parker. Een andere dode ziel die rondwaart is die van jazzlegende Pharoah Sanders (ook overleden in 2022). Superproducer Arthur Baker bewerkte zijn laatste opnames tot een zogenaamde Love Hymn. En Wendy & Lisa keren terug naar het nummer waar ze in 1984 met Prince & The Revolution al op knalden: I Would Die For U, ditmaal gezongen door de Engelse transartiest Lauren Auder. Die geeft een hele nieuwe dimensie aan de openingszinnen. “I’m not a woman, I’m not a man / I am something that you’ll never understand.”

Maar het meest opvallend – en het meest ontroerend – is het nummer Young Lion van Sade. Het is haar eerste nieuwe materiaal sinds jaren. Sade Adu schreef het nummer voor haar transzoon Izaak. Ze heeft spijt dat ze er niet altijd voor hem was. Met haar loepzuivere als zwoele stem zingt Sade: “Young man, it’s been so heavy for you / You must have felt so alone / The anguish and the pain, I should have known.”

Die vier uur aan muziek komt verdeeld over acht cd’s/hoofdstukken die allemaal gaan over een facet in het leven van transpersonen: ze kregen titels mee als Womb Of The Soul, Survival, Dark Night, Awakening, Grief, Acceptance, Liberation en Reinvention. Ieder hoofdstuk opent met een nummer waarin ambient muzikanten samenwerken met spoken word-artiesten. Alleen al de 26 minuten durende trip van oud-Outkast-rapper en nu avantgardefluitist André 3000 is de moeite waard…

Zoveel prachtige momenten, zo veel verscheidenheid, zo veel verschillende geluiden… daarin schuilt de kracht van deze compilatie. Al die verschillende stemmen bij elkaar zetten een statement van jewelste neer!

Alle beste albums van 2024: