Jaaroverzicht 2021

2021 was een opvallend jaar. Het is bijzonder om alle jaarlijstjes langs te gaan: zoveel verschillende favoriete albums heb ik nooit eerder gezien. Elke lijstjesmaker kwam met compleet andere namen op de proppen. Het is opvallend – en leuk – dat er geen torenhoge favorieten zijn. Lang niet iedereen valt voor War On Drugs, Low of Weather Station. Niets is eenduidig. Met zoveel verschillende namen en meningen om me heen krijg ik vanzelf ook een opvallende eindlijst!

Kijk maar. Hier zijn mijn 21 van ‘21. Klik op de links voor uitgebreide recensies. (Helaas heb ik ook wel wat mooie dingen moeten laten liggen. Ik wil op deze plek nog wel even Little Simz, Luwten, rapper Dave, Arooj Aftab en Floating Points/Pharoah Sanders/London Symphony Orchestra noemen.)

  1. Tirzah – Colourgrade
  2. The Bug – Fire
  3. Cassandra Jenkins – An Overview On Phenomenal Nature
  4. William Doyle – Great Spans Of Muddy Time
  5. Joy Crookes – Skin
  6. Arno – Vivre
  7. Iosonouncane – IRA
  8. Lingua Ignota – Sinner Get Ready
  9. LICE – WASTELAND: What Ails Our People Is Clear
  10. The Villagers – Fever Dreams
  11. Space Afrika – Honest Labour
  12. Nynke Laverman – Plant
  13. For Those I Love – For Those I Love
  14. Mdou Moctar – Afrique Victime
  15. Koreless – Agor
  16. Aafke Romeijn – Godzilla
  17. Low – HEY WHAT
  18. Kele – The Waves Pt. 1
  19. Loraine James – Reflection
  20. Fred Again.. – Actual Life
  21. Hannah Peel – Fir Wave

Luister de hele 21 van 21 op Spotify:


Wat was er dan verder zo opvallend aan het popjaar 2021? Nou, in ieder geval de tekst van wat voor mij de song van het jaar is geworden: Je Haat Geen Maandag, Je Haat Kapitalisme van Hang Youth. Verdomd, zó vaak heb ik hier bij het begin van weer een week aan moeten denken…


Opvallend leuk bij het maken van deze top 21 was Twitter, toch hét social medium om buiten je bubbel te treden en direct in contact te komen met de makers. Zo leuk als The Bug je berichten retweet, Cassandra Jenkins je tweets liket en ook William (en Julie) Doyle. Andere kant van de medaille is wel dat eerder dit jaar Aafke Romeijn van Twitter afging vanwege bedreigingen en scheldpartijen aan haar adres… Bah.

Het meest opvallende muziekblog van het jaar is Opduvel. ‘Eigenwijs over muziek en herrie’ betitelt Opduvel zichzelf en dat klopt helemaal. Hier lees je over alles wat buiten de mainstream valt: drones, deathmetal, freejazz, balkanbeats, modern klassiek, field recordings, musique concrète, garagepunk… Met heel wat fijne nieuwe dingen heb ik op dit blog kennisgemaakt. Zo kwam Opduvel begin februari al met de tip voor de meest opvallende Nederlandse plaat van het jaar. Dat is Schakelbreuk Jozef van Pels. Pels is Maarten Wesselius, die hele speelse, humoristische elektronische muziek maakt. Samples en songtitels als ‘Vanavond eten we brood met vlees’, ‘Mijn ideale werkgever (is een wat oudere man)’, ‘Zalig zijn de schouderophalers’ of ‘Tumult op de afdeling droge worst’ zeggen genoeg, toch? Ga luisteren:


De meest opvallende terugblikken van het jaar stonden op de Engelse muzieksite The Quietus. Mark Pilkington interviewde in juli Steven Thrower over Love’s Secret Domain van Coil uit 1991. Helaas kunnen de beide heren Coil (John Balance en Peter ‘Sleazy’ Christopherson) het niet meer navertellen. Balance overleed in 2004 en Sleazy in 2010. De andere bijzondere terugblik op The Quietus was eind november: Non-Stop Erotic Cabaret: An Oral History Of Soft Cell’s Debut Album (uit 1981) met alle betrokkenen inclusief Soft Cellers Dave Ball en Marc Almond. Iets heel anders: De radioterugblik van Marcel Vanthilt en Arno Hintjens op de eerste plaat van TC Matic (eveneens 1981) is ook niet te versmaden!

De minst opvallende rereleases – in Nederland althans – waren de verzamelaars van Seefeel (Rupt & Flex, 1994 – 96) en Terre Thaemlitz/DJ Sprinkles (Gayest Tits & Greyest Shits: 1998-2017 12-Inches & One-Offs). Ze kregen hier helemaal geen aandacht. Jammer. Het zijn zulke mooie tijdsbeelden uit de jaren ’90 en ’00.


De meest opvallende sample van 2021 zit in het nummer Bye Storm van Injury Reserve. De Amerikaanse hiphopcrew bouwde een nummer rondom de stuwende stofzuigergeluiden uit Brian Eno’s Here Come The Warm Jets. Ze krijgen een totaal andere lading, maar verliezen niets van hun melancholische klank. Nooit gedacht dat dat mogelijk zou zijn. Opvallend, maar Injury Reserve zijn niet de bewaarders van het Eno-gedachtengoed. Dat is William Doyle, zo bleek dit jaar.


De meest opvallende (en onuitspreekbare) bandnaam in 2021 is —__–___. Ik stuitte op hun album The Heart Pumps Kool-Aid na een tweet van David Sylvian. Die schreef heel kort: “The future sounds like this”. Zo’n opmerking van een man die meermalen het geluid van de toekomst heeft verklankt – denk maar aan Brilliant Trees in 1984 en Manafon in in 2009 – triggert meteen en —__–___ stelt niet teleur. Luister maar. (Op de tweede plaats van de originele-namen-top-zoveel komt wat mij betreft de man die onder de naam Ross From Friends fijne dancetracks in elkaar knutselt.)


De meest opvallende verliezen in 2021 werden geleden in de dubreggae. Op 29 augustus kwam het treurige bericht dat grondlegger en grootmeester Lee ‘Scratch’ Perry is heengegaan. Moet ik hier zijn belang voor de reggae en de dub nog uitleggen? Nee toch? En anders: Google maar eens op de drie woorden ‘Black Ark Studio’. Het tweede grote dubverlies volgde op 8 december. Basgitarist en producer Robbie Shakespeare is overleden, deel van het briljante duo Sly & Robbie. Samen met Sly Dunbar was hij onder meer verantwoordelijk voor het geluid en succes van Grace Jones. Maar het dierbaarst is mij het album A Dub Experiment uit 1985, hun spacey sound waardoor ik als tiener kennismaakte met dubreggae.


Ongedacht opvallend waren de platen van Billie Eilish en Adele. Sjeesus, wat goed! Allebei. (Helaas konden we dat in 2021 niet zeggen van de schijfjes van Lana del Rey en eigenlijk ook niet van St. Vincent. Van hen hadden we meer verwacht.) Het was verrassend dat Billie Eilish het zo goed deed nadat ze in 2019 de standaard neerzette met When We All Fall Asleep, Where Do We Go?. Ze is nu een paar jaartjes volwassener en gevarieerder, zo werd duidelijk op Happier Than Ever. Ik ben gezegend met een tienerdochter die fan is, dus deze zomer gaan we samen naar Londen om haar live te zien in de O2! En dan Adele… volgens mij heeft die nog nooit zo’n goede plaat gemaakt als 30. Daar hoeven we niet veel woorden aan vuil te maken. Dat hebben alle media al gedaan.


Opvallend laat – op de valreep van volgend jaar – kwamen er nog twee albumtips binnen. Muzieksite Pitchfork schreef over Fiat Lux van het Catalaanse damesduo Tarta Relena. Zij maken een soort middeleeuwse, Gregoriaanse muziek (denk Hildegard von Bingen), maar dan met een zachte, glitchy, elektronische begeleiding. Heel mooi. Popjournalist Simon Reynolds wees me tenslotte in zijn geheel eigen jaaroverzichtje (dat vooral een lofzang is op Dry Cleaning) op de band ToiToiToi. Dit citaat van Reynolds zegt genoeg, dunkt mij: “ My favorite Ghost Box in a few years… I want to say, “sounds like Der Plan if they’d formed in 16th Century Swabia”, but perhaps I’m being led towards that idea by the Bruegel-ish artwork. ToiToiToi’s sound here is certainly jaunty and volkish, but it’s completely electronic.”


Zulke dingen op de valreep van het jaar… dat belooft wat voor 2022. Enjoy!

Aafke Romeijn – Godzilla

Eind mei of begin juni bracht Aafke Romeijn haar cd Godzilla uit. Dat was wel even wennen voor wie de eerdere platen van de Utrechtse zangeres goed kent. Ditmaal koos Romeijn niet voor een conceptalbum (zoals haar voorlaatste cd M), maar ze schreef hele persoonlijke en kristalheldere teksten over aspecten van haar eigen leven met depressie. De Japanse action-figure Godzilla is hier het Monster Depressie waar een mens maar mee moet leren leven. Een metafoor, vertelde ze, voor iedere keer weer terug bij af. “Spaar ons niet Godzilla, maak ons met de grond gelijk. Laat ons opnieuw beginnen”, zingt ze daarom. Eind juni sprak ik met Aafke Romeijn over haar nieuweling.

Het begon allemaal met een dichtbundel in opdracht van de gemeente Tilburg, zo legde ze uit. “Die opdracht kwam toen ik in een hele heftige depressie zat. Toen heb ik besloten juist daar over te gaan schrijven. Dat bleek eigenlijk wel een vruchtbaar onderwerp te zijn. Ik had op social media al vrij veel geschreven over mijn depressies, en ook in journalistieke stukken. Maar in mijn creatieve werk had ik het er nooit over. Nou ja, ik heb een paar jaar geleden het liedje A2 gemaakt, maar dat was vrij cryptisch. Mensen die het niet weten, halen dat er niet uit.”

Contrast?

De bundel Leegstand, die begin dit jaar verscheen, werd de basis voor de cd Godzilla. Daarvoor ging ze in zee met producer Chris Kos, die van oorsprong uit de reclamewereld komt. Hij gaf de synth/electropop van Aafke Romeijn een makkelijk in het gehoor liggend sausje mee. Aalglad zou je het bijna kunnen noemen. Funky sowieso soms. Dat is lekker! Aafke Romeijn: “Het was een bewuste keuze om de cd zo vrolijk te laten klinken. Onder zulke zware teksten moet je niet ook nog eens hele zware muziek zetten. Dan wordt het al snel te plat. Liever ga ik voor het contrast.” Het zou zelfs gevaarlijk zijn, beweerde Romeijn. “Muziek is van zichzelf al een emotioneel fenomeen. Luisteren naar muziek triggert altijd gevoelens of gedachten. Daar moet je mee uitkijken.”

Zwaar?

Dan krijg je dus popliedjes als de opener Southpark. Daarin somt ze allerlei smoezen op – een volle inbox, restjes in de koelkast, een nieuw seizoen van Southpark dat eraan staat te komen – om nog maar niet weg te gaan… Weg. Te. Gaan… Dan besef je pas echt wat ze zingt en val je stil… Maar Aafke gaat door. “Op de Zuidas wordt gebouwd aan constructies om van af te springen. Toch hoef je als je het station uitloopt niet omhoog te kijken. De kans dat je geraakt wordt is verwaarloosbaar”, zingt ze koud en afstandelijk op Zuidas – als een moderne Gerrit Achterberg. Verderop zingt ze over “piepschuim op de muren, op de vloer en in je hoofd”. Overigens vindt ze zelf de teksten op Godzilla niet altijd zo zwaar, vertelde Romeijn me. “Het is niet alleen maar één grote verdoemenis. Ik heb het ook willen hebben over herstel en veerkracht. En op het nummer Zelf wil ik mijn mantelzorger en man, Bram, in het licht zetten. Mantelzorgers van mensen met geestelijke problemen krijgen veel te weinig aandacht!” (Bram is Bram Ieven, lid van de Aafke Romeijn-band, die dit jaar onder de naam Jonge Woudloper ook een hele fijne solo-synthiplaat uitbracht: Ritualism. Daarnaast deden Aafke en Bram een geweldige set met de grindcoreband Dead Neanderthals op Roadburn Redux – staat helaas niet meer online.)

Therapeutisch?

Zijn de bundel en de cd alleen een inkijkje in haar leven of had het maken ervan ook een therapeutische werking?, zo vroeg ik haar. “Dat is lastig te zeggen”, zei Aafke Romeijn. “Ik schrijf altijd over dingen die me bezighouden. In dit geval was het heel erg persoonlijk, maar ik geloof niet therapeutisch. Of misschien wel, in de zin dat het mooi is om te zien dat er toch iets goeds komt uit al die ellende. Iets dat heel concreet is en buiten jezelf staat. Dat helpt. Ik hoop ook dat het iets doet voor de verwerking bij andere mensen die hier mee kampen. Maar voor mezelf gold: ik schreef op wat ik al wist. Ik ben niet tot nieuwe inzichten gekomen.” Maar wij wel. Platen waarop artiesten zo openhartig zingen over hun depressies en demonen zijn zeldzaam. Platen waarop je tegelijkertijd lekker kunt dansen helemaal.

Alle beste albums van 2021:

Aafke Romeijn – M

Ik lees een column van journalist en programmamaker Sinan Can. Hij beschrijft hoe hij een lift krijgt van Aafke Romeijn, in haar oude paarse Toyota Starlet, en ergens schrijft hij: “Ze is een beetje een recalcitrant type. Of niet eens een beetje. Volgens mij is ze echt heel tegendraads, en dat maakt het leuk.”

Middenpartij
Dat lees je ook terug in haar columns, artikelen en tweets, en ook in haar in 2018 verschenen debuutroman Concept M. Dat is een dystopisch sciencefictionboek en een politieke sleutelroman tegelijk, met autobiografische trekjes of in ieder geval typische Aafke Romeijn-dingetjes. Nederland vanuit de auto bekeken, bijvoorbeeld. (In de roman is het overigens geen Starlett maar een Corolla.) Het gaat over een vrouw die lijdt aan de ziekte van kleurloosheid en daarvoor dure medicijnen slikt. Dat wordt vergoed, maar de middenpartij die aan de macht is wil daarvan af. Dan sluit de hoofdpersoon, die juist heel politiek correct is opgevoed, zich aan bij een rechtse actiegroep. Voor wat er daarna gebeurt geef ik geen spoilers weg. Alleen: het boek eindigt op het strand van Ameland.

Universum
In 2019 maakte Romeijn een soort van soundtrack bij het boek. Of eigenlijk: het album M sluit in titels en teksten aan op het boek, maar kan ook los worden geconsumeerd, zoals ze zelf zegt. Ze was gewoon nog niet klaar in het universum dat ze had geschapen.

Voorzichtig weird
Er wordt op de plaat dus ook weer veel auto gereden, in de track 10.20, langs de Betuwelijn (in het nummer A15) en over de Afsluitdijk (Corolla). Muzikaal gaat het verder dan de synthipop die we van Aafke Romeijn kennen. We horen synthesizers en beats, maar ook vervormde stukjes Bach (in Fuga), van die disco-vioollijntjes maar dan speels, een voortslepende scheurgitaar (Elf) en her en der electrofunk. Heel veelzijdig en allemaal voorzichtig weird. Recalcitrant.

Song van het jaar
Aafke Romeijn staat bekend om haar tegendraadse keuze van covers. Eerder verraste ze al met haar uitvoering van Huilend Naar De Club van De Jeugd Van Tegenwoordig. Voor M komt ze op de proppen met Een Heel Klein Beetje Oorlog, een Vlaamse parel van de band Noordkaap. Romeijn brengt het in een hele intense, uitgeklede versie. Wat mij betreft de song van het jaar.

Spinvis
De prachtige teksten op M zijn tegelijk fris en weemoedig en een associatie met Spinvis ligt dan voor de hand. Aafke Romeijn probeert hem al jarenlang te strikken voor een samenwerking en voor M is dat gelukt, zo vertelde Aafke Romeijn op radio 3voor12: “Het nummer Ameland was eigenlijk al af, maar ik kon gewoon horen hoe Spinvis hier op zou zingen. Dus toen heb ik het opgestuurd en toen is hij langsgekomen en heeft het ingezongen. We hadden meteen een klik, want muzikaal gezien zijn we beste vrienden.” Andere muzikale gasten zoekt ze dichter bij huis. Op de plaat hoor je haar vader op klarinet, moeder op basklarinet, zusje op trompet en haar man op gitaar. Fijn, maar niet altijd even praktisch. Als ze aan het toeren is, moet ze telkens oppas zoeken voor haar dochtertje.

Grotere schaal
Samen of los, het lukt boek en plaat dus sowieso om te boeien. En is daarmee de maat vol? Nee. In september 2020 komt het volgende boek uit, dat 7B gaat heten. Het schijnt dat daarin zich alles op grotere schaal gaat afspelen – meer hoofdpersonen, heuse grondstoffenoorlogen en politieke en ethische keuzes voor Europa gaan domineren. Klinkt spannend! Hopelijk volgt daar weer net zo’n veelzijdige ‘soundtrack’ op.

Alle beste albums van 2019: